Raad van State, 23 november 2016, ECLI:NL:RVS:2016:3087 , inzake de verenigingen Nederlandse Vereniging tot Bescherming van Vogels, Landelijke vereniging tot Behoud van de Waddenzee en Vereniging Natuurmonumenten tegen de minister van Economische Zaken (NTE 2016/72)
mr. I. Brinkman en mr. drs. C. van der WoudeArtikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
De Minister heeft bij zijn besluit van 12 mei 2015 (‘Besluit’) op grond van art. 36 Mijnbouwwet ingestemd met het ‘winningsplan Havenmond’ van Frisia Zout B.V. (‘Frisia’). Het winningsplan betreft de winning van zout uit de bodem onder de Waddenzee ten noordwesten van Harlingen via boorputten vanuit de vestiging van Frisia in Harlingen.
De verenigingen Nederlandse Vereniging tot Bescherming van Vogels, Landelijke vereniging tot Behoud van de Waddenzee en Vereniging Natuurmonumenten (gezamenlijk de ‘Verenigingen’) hebben beroep ingesteld tegen het Besluit. Het beroep van de Verenigingen richt zich onder meer op het ‘meegroeivermogen’, dat wil zeggen het vermogen van de bodem van de Waddenzee ter plaatse bodemdaling door de zoutwinning te compenseren. Daarbij betrekken de Verenigingen ook de verwachte zeespiegelstijging.
De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State meent dat de Minister op goede gronden in het Besluit heeft geconcludeerd dat het meegroeivermoge...
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.