Motiveringsplicht civiele rechter bij afwijking van oordeel tuchtrechter - Noot bij het arrest van de Hoge Raad d.d. 22 september 2017 ( ECLI:NL:HR:2017:2452 )
mr. A.C. van Campen1Artikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
Doorgaans worden in deze rubriek tuchtrechtelijke uitspraken besproken. Ditmaal wordt stilgestaan bij het arrest van de Hoge Raad van 22 september 2017 omdat daarin juist wordt ingegaan op de verhouding tussen het tuchtrecht en het civiele recht.2 Hoewel de Hoge Raad zich hierover al eerder heeft uitgelaten, wordt uit dit arrest duidelijk op welke wijze een tuchtrechtelijke uitspraak zijn doorwerking heeft in het civiele recht.
2. Feiten en achtergrond
De kwestie betreft een bloemenbedrijf (hierna: A BV) dat zich sinds 1992 heeft bezig gehouden met onder meer het importeren van bloemen uit Kenia. De aandelen van A BV worden gehouden door haar enig aandeelhouder A. Vanaf 2003 zijn door de betrokken accountant en zijn kantoor diverse werkzaamheden verricht ten behoeve van A BV. Op enig moment heeft A BV tezamen met enkele partners in Kenia besloten om zelf bloemen te gaan kweken. Daartoe is een joint venture opgericht waarvan A BV 50% van ...
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.