Let op! Deze editie is nog niet gepubliceerd en alleen zichtbaar voor de editiebeheerder! Klik rechts op "Editie beheren" om te publiceren.
NB: Wetsvoorstel Crisis- en herstelwet:gevolgen Natuurbeschermingswet 1998
W.Bruil
Bij de Tweede Kamer is ingediend het wetsvoorstel Crisis en herstelwet: Kamerstukken II 2009/10, 32 127, nr. 1-4. Het wetsvoorstel is gericht op de versnelling van infrastructurele projecten en andere grote bouwprojecten en op projecten op het gebied van duurzaamheid, energie en innovatie. Het beoogt de economische crisis en zijn gevolgen te bestrijden en een goed en duurzaam herstel van de economische structuur in Nederland te bevorderen. Alle voorgestelde maatregelen beogen bij te dragen aan versterking
Artikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
van de economische structuur op de langere termijn. Daarnaast bevat het wetsvoorstel enkele specifieke maatregelen die op de korte termijn een impuls geven. Het wetsvoorstel omvat twee categorieën maatregelen (a) tijdelijke maatregelen voor afgebakende lijsten met projecten en bevoegdheden en (b) wijziging van bijzondere wetten (dit zijn geen tijdelijke, maar structurele wijzigingen). Onder de laatste categorie valt ook een wijzigingsvoorstel van de Natuurbeschermingswet 1998. Het gaat de regering daarbij om de doelen van de natuurwetgeving te behalen, zonder dat de bijbehorende procedures nodeloos vertragend werken voor het realiseren van urgente projecten. De voorgestelde wijzigingen van de Natuurbeschermingswet 1998 zijn opgenomen in artikel 3.8 van het wetsvoorstel en moeten blijkens de memorie van toelichting leiden tot:
- een ontkoppeling van het nationale regime voor beschermde natuurmonumenten van het Europese regime voor Natura 2000-gebieden;
- een lichter nationaal beschermingsregime voor de nationale doelen met betrekking tot natuurschoon en de natuurwetenschappelijke betekenis, voor zover die los staan van de Natura-2000 doelen;
- continuering van het regime voor bestaand gebruik, waarbij wordt vastgelegd dat bestaand gebruik dat niet wordt opgenomen in een beheerplan, is vrijgesteld van de vergunningsplicht;
- een separaat regime voor de beoordeling van de gevolgen van een activiteit voor de stikstofdepositie, wanneer er per saldo geen sprake is van een toename van deze depositie;
- verankering in de regelgeving van rekenmodellen en meetmethoden. Dit sluit aan op de lijn van de Commissie Elverding om de onderzoekslast te beperken door rekenmodellen en meetmethoden te vereenvoudigen en meer te werken met vuistregels;
- verduidelijking van de beroepsmogelijkheid tegen het besluit tot vaststelling van een beheerplan;
- integratie van de «natuurtoets» in het tracébesluit en het wegaanpassingsbesluit, zodat het natuurbelang wordt gewogen zonder dat sprake is van tijdrovende vergunningsprocedures.
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.