College van Beroep voor het bedrijfsleven, 13 november 2014, ECLI:NL:CBB:2014:426, inzake appellante tegen de Minister van Economische Zaken (NTE 2015/17)
mr. I. Brinkman, mr. L. Baljon en mr. P.P. Huurnink1Artikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
Voor een warmtekrachtkoppelingsinstallatie die sinds 2011 afvalhout omzet in elektriciteit heeft de Minister van Economische Zaken (hierna: de minister) op grond van art. 8, lid 1 Besluit SDE subsidie aan appellante verleend voor de periode 2011 tot en met 2022. Aan appellante zijn voor de jaren 2011 en 2012 voorschotten verstrekt. Daarbij is uitgegaan van de werkelijke jaarproductie. Achteraf, bij besluit van 8 juli 2013, zijn deze voorschotten naar beneden bijgesteld. Daarbij heeft de minister de (lagere) maximale subsidiabele jaarproductie, zoals vermeld in de beschikking tot subsidieverlening, als uitgangspunt genomen.
Appellante voert in beroep aan dat de minister bij haar het gerechtvaardigd vertrouwen heeft gewekt dat de subsidie voor 2011 en 2012 zou worden berekend op basis van haar hogere werkelijke productie in plaats van de maximale subsidiabele productie. Verder is de minister volgens appellante ten onrechte niet ingegaan op haar in bezwaar gedane voorstel om ...
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.
