College van Beroep voor het bedrijfsleven, 17 juni 2016, ECLI:NL:CBB:2016:151 (De Nederlandsche Bank N.V. (‘DNB’) / [Naam 1] (‘X’)) - JK
mr. drs. S.J. Hoes-Weishut, mr. B.J. Boutellier, mr. J. Sluijter, mr. J.P. van der Klein en mr. A.E.E. Verspyck Mijnssen1Artikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
Inzake: Feitelijk leidinggeven; bankverbod; uitzondering voor concernfinanciering.
Bij besluit van 25 september 2012 legde DNB X een boete op van EUR 400.000 wegens het feitelijk leidinggeven aan overtreding van het bankverbod van art. 2:11 Wft door [naam 2 BV] (‘Y’) in de periode van 31 december 2010 tot en met 1 juli 2011. Bij besluit van 19 augustus 2013, verklaarde DNB het bezwaar van X ongegrond. De rechtbank verklaarde het beroep gegrond en vernietigde het besluit van 19 augustus 2013.
In het geding bij het College is of Y het bankverbod heeft overtreden of dat de uitzondering van art. 3:2 Wft opgaat, en of X feitelijk leiding heeft gegeven aan de overtreding.
Het College oordeelde dat Y art. 2:11 Wft heeft overtreden. Er was namelijk sprake van 'bedrijf maken van' en er was voldaan aan de overige bestanddelen van de definitie 'bank'. Hoewel Y beschikte over een onvoorwaardelijke garantie van de moedermaatsc...
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.