Staatssteun (voor hernieuwbare energie) kan onder omstandigheden een 'stimulerend effect' hebben, ook al zijn de werkzaamheden al gestart voor indiening van de steunaanvraag

Annotatie bij Hof van Justitie van de EU 15 December 2022, ECLI:EU:C:2022:981

Staatssteun is in beginsel niet bedoeld voor activiteiten/projecten die ook zonder staatssteun kunnen worden gerealiseerd. Staatssteun moet noodzakelijk zijn en als prikkel fungeren om de activiteiten / het project te ontwikkelen.2 Dit uitgangspunt wordt aangeduid als het "stimulerend effect" en is ook opgenomen in (punt 49 van) de 'Richtsnoeren staatssteun ten behoeve van milieubescherming en energie 2014‑2020' (hierna: "Richtsnoeren 2014").3 Volgens punt 50 van deze richtsnoeren is van een stimulerend effect geen sprake wanneer de begunstigde zijn steunaanvraag heeft ingediend nadat de werkzaamheden aan het project reeds waren aangevangen.

Uit het arrest volgt dat, ondanks dat in onderhavige kwestie de werkzaamheden aan het project al waren begonnen, staatssteun (voor hernieuwbare energie) onder omstandigheden toch kan voldoen aan het criterium 'stimulerend effect'....

Verder in dit artikel:

Annotatie bij Hof van Justitie van de EU 15 December 2022, ECLI:EU:C:2022:981

1. Veejaam en Espo; de relevante feiten

2. Niet aangemeld, maar later alsnog verenigbaar verklaard

3. Spanningsveld Estse steunregeling en Richtsnoeren 2014

4. Uitleg van een nationale regeling in relatie tot de besluiten van de EC

5. Eerste vraag – Verhouding art. 107 lid 3 VWEU en Richtsnoeren (2014)

6. Tweede vraag – Kan staatssteun een stimulerend effect hebben als de investering (t.b.v. de milieuvergunning) waarschijnlijk niet zou hebben plaatsgevonden zonder zicht op overheidssteun

7. Derde vraag - "Bestaande steun" of "nieuwe steun"

8. Vierde en vijfde vraag - Steunverlening mogelijk als de stand-still verplichting is geschonden?

9. Commentaar auteur