De Crisis- en herstelwet. De wind in de rug voor het realiseren van windturbineparken!?
mr. R.J.J. Aerts*
Het kabinet heeft als doelstelling om in 2020 op duurzame wijze te voorzien in 14% van de Nederlandse energiebehoefte.1 Voor het windrijke Nederland vormt windenergie een belangrijke pijler om deze doelstelling te realiseren. Sterker nog, windenergie staat in het Energierapport 2011 met stip op één als bron om de hernieuwbare energiedoelstelling te halen.2
De afgelopen jaren zijn de nodige procedures gevoerd rond het realiseren van windturbineparken.3 Het juridische kader rond de ruimtelijke inpassing van windturbineparken
Artikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
is inmiddels redelijk uitgekristalliseerd.4 Dit kader biedt een scala aan instrumenten om de besluitvorming rond de bouw van windturbineparken te versnellen. Deze instrumenten zijn geïntroduceerd nadat uit onderzoek was gebleken dat de doorlooptijden bij windenergieprojecten behoorlijk konden worden teruggebracht.5 Zo werd berekend dat de theoretische doorlooptijden bij windenergieprojecten in de praktijk een vertraging opliepen van maar liefst 2 tot 5 jaar. Deze vertraging werd onder meer veroorzaakt doordat er sprake was van verschillende vergunningprocedures, er tegen een project meerdere keren bezwaar of beroep kon worden aangetekend en doordat de afstemming tussen de verschillende overheden niet optimaal was.6
Waar het gaat om de instrumenten om de besluitvorming rond de bouw van windturbineparken te versnellen, verdient de rijkscoördinatieregeling zoals geregeld in § 3.6.3 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) bijzondere vermelding. Kort gezegd, biedt deze regeling de mogelijkheid om op rijksniveau de diverse besluiten die nodig zijn voor verwezenlijking van onderdelen van het nationaal ruimtelijk beleid te coördineren.7 Door de besluiten tegelijkertijd en in onderling overleg met de bij de besluitvorming betrokken bestuursorganen te nemen, wordt een stapeling van procedures – en daarmee vertraging – voorkomen.8 De regeling geldt ook voor grootschalige windturbineparken. Dat is het gevolg van art. 9b Elektriciteitswet 1998 die op 1 maart 2009 in werking is getreden.9 Op grond van deze bepaling is het doorlopen van de rijkscoördinatieregeling verplicht voor de aanleg en uitbreiding10 van windturbineparken met een capaciteit van 100 MW en meer.11 De minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie kan bepalen dat de coördinatieregeling alleen dan niet (geheel) van toepassing is, indien daarvan geen betekenende versnelling van de besluitvorming valt te verwachten.12
Met het van toepassing verklaren van de rijkscoördinatieregeling heeft de wetgever beoogd de hiervoor genoemde doorlooptijden en de daarbij optredende vertraging bij het realiseren van windturbineparken aanzienlijk te verkorten.13 Inmiddels is de rijkscoördinatieregeling onder meer toegepast bij de windturbineparken Zuidlob (122 MW) en Noordoostpolder (450 MW).14 Deze procedures leren dat met het toepassen van de rijkscoördinatieregeling in de praktijk inderdaad aanzienlijke tijdwinst wordt geboekt.
De capaciteit van een groot aantal Nederlandse windturbineparken is echter minder dan 100 MW. Voor de besluitvorming rond het oprichten van dergelijke parken levert de rijkscoördinatieregeling geen (tijd)winst op. Die winst kan wél behaald worden met de Crisis- en herstelwet (Chw) die op 31 maart 2010 in werking is getreden.15 Deze wet beoogt een groot aantal wetten, regels en procedures verdergaand te vereenvoudigen en te versnellen. De Chw voorziet daarnaast in diverse nieuwe instrumenten waarmee het realiseren van windturbineparken in een hogere versnelling wordt gebracht. Daarmee wordt beoogd om de Nederlandse energiedoelstellingen voor 2020 te behalen.16
De jurisprudentie rond de Chw neemt inmiddels steeds meer haar vormen aan.17 Reden genoeg om in deze bijdrage stil te staan bij de vraag of de Chw daadwerkelijk kan leiden tot een versnelling in het realiseren van windturbineparken.
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.