Nederlands Tijdschrift voor Energierecht 2012 nr. 2

De Crisis- en herstelwet. De wind in de rug voor het realiseren van windturbineparken!?

mr. R.J.J. Aerts*

Het kabinet heeft als doelstelling om in 2020 op duurza­me wijze te voorzien in 14% van de Nederlandse energie­behoefte.1 Voor het windrijke Nederland vormt windener­gie een belangrijke pijler om deze doelstelling te realiseren. Sterker nog, windenergie staat in het Energierapport 2011 met stip op één als bron om de hernieuwbare energiedoel­stelling te halen.2 De afgelopen jaren zijn de nodige procedures gevoerd rond het realiseren van windturbineparken.3 Het juridische kader rond de ruimtelijke inpassing van windturbineparken

Artikel kopen € 79,00 excl. BTW

In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.

is in­middels redelijk uitgekristalliseerd.4 Dit kader biedt een sca­la aan instrumenten om de besluitvorming rond de bouw van windturbineparken te versnellen. Deze instrumenten zijn ge­ïntroduceerd nadat uit onderzoek was gebleken dat de door­looptijden bij windenergieprojecten behoorlijk konden wor­den teruggebracht.5 Zo werd berekend dat de theoretische doorlooptijden bij windenergieprojecten in de praktijk een vertraging opliepen van maar liefst 2 tot 5 jaar. Deze ver­traging werd onder meer veroorzaakt doordat er sprake was van verschillende vergunningprocedures, er tegen een pro­ject meerdere keren bezwaar of beroep kon worden aange­tekend en doordat de afstemming tussen de verschillende overheden niet optimaal was.6 Waar het gaat om de instrumenten om de besluitvorming rond de bouw van windturbineparken te versnellen, verdient de rijkscoördinatieregeling zoals geregeld in § 3.6.3 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) bijzondere vermelding. Kort gezegd, biedt deze regeling de mogelijkheid om op rijks­niveau de diverse besluiten die nodig zijn voor verwezen­lijking van onderdelen van het nationaal ruimtelijk beleid te coördineren.7 Door de besluiten tegelijkertijd en in on­derling overleg met de bij de besluitvorming betrokken be­stuursorganen te nemen, wordt een stapeling van procedures – en daarmee vertraging – voorkomen.8 De regeling geldt ook voor grootschalige windturbineparken. Dat is het ge­volg van art. 9b Elektriciteitswet 1998 die op 1 maart 2009 in werking is getreden.9 Op grond van deze bepaling is het doorlopen van de rijkscoördinatieregeling verplicht voor de aanleg en uitbreiding10 van windturbineparken met een ca­paciteit van 100 MW en meer.11 De minister van Economi­sche Zaken, Landbouw en Innovatie kan bepalen dat de co­ördinatieregeling alleen dan niet (geheel) van toepassing is, indien daarvan geen betekenende versnelling van de besluit­vorming valt te verwachten.12 Met het van toepassing verklaren van de rijkscoördinatie­regeling heeft de wetgever beoogd de hiervoor genoemde doorlooptijden en de daarbij optredende vertraging bij het realiseren van windturbineparken aanzienlijk te verkorten.13 Inmiddels is de rijkscoördinatieregeling onder meer toege­past bij de windturbineparken Zuidlob (122 MW) en Noord­oostpolder (450 MW).14 Deze procedures leren dat met het toepassen van de rijkscoördinatieregeling in de praktijk in­derdaad aanzienlijke tijdwinst wordt geboekt. De capaciteit van een groot aantal Nederlandse windturbi­neparken is echter minder dan 100 MW. Voor de besluit­vorming rond het oprichten van dergelijke parken levert de rijkscoördinatieregeling geen (tijd)winst op. Die winst kan wél behaald worden met de Crisis- en herstelwet (Chw) die op 31 maart 2010 in werking is getreden.15 Deze wet beoogt een groot aantal wetten, regels en procedures verdergaand te vereenvoudigen en te versnellen. De Chw voorziet daar­naast in diverse nieuwe instrumenten waarmee het realiseren van windturbineparken in een hogere versnelling wordt ge­bracht. Daarmee wordt beoogd om de Nederlandse energie­doelstellingen voor 2020 te behalen.16 De jurisprudentie rond de Chw neemt inmiddels steeds meer haar vormen aan.17 Reden genoeg om in deze bijdrage stil te staan bij de vraag of de Chw daadwerkelijk kan leiden tot een versnelling in het realiseren van windturbineparken.

U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.

Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.


Deel deze pagina:

Nog niet beoordeeld

Bijlage(n)

  • Bijlagen zijn alleen beschikbaar voor abonnees.

Artikel informatie

Type
Artikel
Auteurs
mr. R.J.J. Aerts*
Auteursvermelding
Ik ben auteur van dit artikel
Datum artikel
Uniek Den Hollander publicatienummer
UDH:NTE/9873

Verder in 2012 nr.2

  Voorwoord

Het zogenaamde Lenteakkoord dat door de vijf partijen, VVD, CDA, D66, Groen Links en Christenunie, na de val van het kabinet is opgesteld, heeft ook de energiesector niet onbe­roerd gelaten. Kritie...

 De Crisis- en herstelwet. De wind in de rug voor het realiseren van windturbineparken!?

Het kabinet heeft als doelstelling om in 2020 op duurza­me wijze te voorzien in 14% van de Nederlandse energie­behoefte.1 Voor het windrijke Nederland vormt windener­gie een belangrij...

 Safety first. Een inkijkje in het Europese voorstel rond een veilige(r) olie- en gaswinning op zee

Gedurende de avond van 20 april 2010 voltrekt zich een ramp in de Golf van Mexico. Op dat moment boort de mobiele boorinstallatie ‘Deepwater Horizon’ van Transocean in opdracht van BP een olieput m...

 De Europese VerordeningIntegriteit en Transparantie op de groothandelsmarkt voor energie (REMIT). Verslag NeVER bijeenkomst 6 februari 2012

De eerste ledenbijeenkomst van het jaar vond op 6 februari 2012 plaats ten kantore van Holland van Gijzen te Amsterdam, met als thema ‘De Europese Verordening Integriteit en Transparantie op de gro...

 Actualiteiten en signaleringen

Rapporten en overige publicaties In deze rubriek worden jaarverslagen, rapporten en overige publicaties besproken die inzicht bieden in de energiesector c.q. de ontwikkelingen van het energie­rech...