Posterieure exploitatieovereenkomst
Jan van Duijvendijk
Bij ieder contract is een uitgebreide toelichting gevoegd. Hieronder treft u de eerste alinea van de toelichting aan. Wanneer u het contract koopt ontvangt u daarbij uiteraard ook de toelichting. Indien u een abonnement neemt heeft u onbeperkt toegang tot alle contracten en toelichtingen daarop.
Inhoud geactualiseerd op: 1 mei 2017.
Een posterieure exploitatieovereenkomst is de overeenkomst die de gemeente sluit met een of meerdere particuliere grondeigenaren nadat de gemeente een exploitatieplan heeft vastgesteld.
Op grond van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) kan de overheid op zowel privaatrechtelijke als publiekrechtelijke wijze de grondexploitatiekosten verhalen. Privaatrechtelijk is dit mogelijk door met de particuliere eigenaar een overeenkomst te sluiten waardoor het kostenverhaal wordt verzekerd. Een dergelijke overeenkomst wordt ook wel aangeduid als een
Vastgoedcontract kopen € 150,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit vastgoedcontract ook afzonderlijk kopen.
Anterieure exploitatieovereenkomst. Publiekrechtelijk verhaal van kosten geschiedt door het opstellen van een exploitatieplan. Bij het afgeven van de bouwvergunning wordt dan bepaald dat de particuliere eigenaar dient bij te dragen in de kosten.
Ook indien er al voor de betreffende locatie een exploitatieplan is vastgesteld, is het mogelijk dat de grondeigenaar met de gemeente een exploitatieovereenkomst sluit. Er wordt dan gesproken van een posterieure overeenkomst. Het grote verschil met een anterieure overeenkomst is dat er bij de posterieure overeenkomst aanzienlijk minder contractsvrijheid bestaat. De inhoud van de overeenkomst dient namelijk gebaseerd te zijn op het geldende exploitatieplan. Als gevolg hiervan is de kostensoortenlijst van artikel 6.2.4. Besluit ruimtelijke ordening (Bro) maatgevend. De regeling van het verhaal van grondexploitatiekosten in het exploitatieplan is uitputtend bedoeld. Als er een exploitatieplan geldt, is het de gemeente niet meer toegestaan daarbuiten financiële afspraken te maken over grondexploitatie en/of over ruimtelijke ontwikkelingen.
Indien de gemeente in het exploitatieplan bepaalde onderwerpen niet regelt, hoewel zij dat wel daarin had kunnen doen, kan zij dit niet alsnog in een posterieure overeenkomst regelen. Als de gemeente in het exploitatieplan bijvoorbeeld geen rekening heeft gehouden met planschadekosten dan mag ze in de overeenkomst over grondexploitatie dus ook niet een bepaling over planschadeverhaal opnemen. De gemeente kan dan ook niet een overeenkomst met een particuliere eigenaar sluiten die alleen de afwenteling van de planschade regelt. Wel is het toegestaan dat de gemeente en een particuliere grondeigenaar de onderwerpen uit het exploitatieplan nader uitwerken. Hierbij dient de gemeente de algemene beginselen van behoorlijk bestuur in acht te nemen en mag zij haar bevoegdheden niet gebruiken voor een ander doel dan waarvoor zij zijn gegeven.
Extra informatieWaarom zouden partijen zich inspannen om een posterieure overeenkomst te sluiten? In het exploitatieplan is immers al bepaald waar partijen zich aan dienen te houden. Toch kan het aantrekkelijk zijn om een posterieure overeenkomst te sluiten omdat partijen dan zekerheid verkrijgen over hun verplichtingen over en weer. De grondeigenaar hoeft niet meer bevreesd te zijn voor een herziening van het exploitatieplan (waardoor zijn bijdrage hoger kan worden) en de gemeente weet precies wanneer zij welk bedrag zal ontvangen. De grondeigenaar kan trachten het tijdstip van betaling tot onderwerp van onderhandeling te maken. De grondeigenaar en de gemeente krijgen via een posterieure overeenkomst zekerheid over de exploitatiebijdrage en het te realiseren programma. Bovendien bestaat er, zoals hiervoor al opgemerkt, de mogelijkheid om bepaalde onderwerpen nader uit te werken.
Tenzij de gemeente zichzelf een onderhandelingsplicht heeft opgelegd, is er geen verplichting met een particuliere grondeigenaar te onderhandelen. De gemeente mag er ook voor kiezen om de kosten te verhalen via de bouwvergunning en de uitvoering te sturen via het exploitatieplan.
Uitgangpunt van het toe te lichten model is dat de gemeente zorg draagt voor het bouw- en woonrijp maken van de gronden. Dit uitgangspunt is ook gehanteerd bij de elders in deze uitgave behandelde anterieure overeenkomst. Een aantal artikelen is vrijwel gelijk aan de artikelen van de anterieure overeenkomst. De toelichting op die artikelen komt dan logischerwijze grotendeels overeen met de toelichting die op de betreffende artikelen is gegeven bij de elders in deze uitgave aan te treffen anterieure overeenkomst.
Overigens hoeft het in praktijk niet altijd het meest doelmatige te zijn dat de gemeente bouw- en woonrijp maakt. Al naar gelang de situatie kan voor andere varianten gekozen worden.