Tijdschrift voor Agrarisch Recht 2016 nr. 4

Veehouderij en volksgezondheid

mr. P.P.A. Bodden Het artikel is in de opmaak van het tijdschrift rechts als pdf beschikbaar.

Op 5 april 2016 heeft minister Schippers Kamervragen beantwoord over het thema ‘veehouderij en volksgezondheid’.1 De vragen zijn gesteld naar aanleiding van het artikel ‘Meer longkanker in Brabant en het effect hierop van de intensieve veeteelt’.2 In dat artikel stelt oncologisch chirurg Ignas van Bebber dat Brabanders vaker longkanker krijgen dan andere Nederlanders. Volgens hem vormt de concentratie van de intensieve veehouderij in Noord-Brabant hiervoor (deels) de verklaring. Het wetenschappelijk bewijs voor de stelling van Van Bebber ontbreekt echter.

Schippers geeft in voornoemde brief aan dat de relatie tussen intensieve veehouderij en longkanker niet is meegenomen in het grootschalig onderzoek Veehouderij en Gezondheid Omwonenden (hierna: VGO) dat op dit moment loopt. De GGD in de regio Brabant start per direct een verkennend onderzoek naar deze relatie, aldus Schippers. Mogelijk dat de resultaten van dit verkennend onderzoek aanleiding vormen voor nader onderzoek.

De tussenresultaten van het VGO laten overigens slechts een ‘waarschijnlijkheid’ zien van gezondheids-
effecten van de veehouderij in Oost-Brabant en Noord-Limburg. Een keiharde relatie is (vooralsnog) niet blootgelegd. Overigens heeft het VGO ook enkele onverwachte tussenresultaten opgeleverd. Zo blijken rond veehouderijen minder mensen met astma en DOPD te wonen.3

Op enkele ziekten na – bijvoorbeeld Q-koorts – geldt voor de meeste ziekten ten aanzien waarvan een relatie met de veehouderij wordt vermoed, dat deze niet wetenschappelijk kan worden aangetoond. Het gebrek aan voldoende precieze wetenschappelijke inzichten maakt dat aan het omgevingsrecht slechts een aanvullende rol toekomt bij de beoordeling van gezondheidseffecten voor mensen van het houden van dieren.4 5 Zo heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State expliciet geoordeeld dat ook op basis van het voorzorgsbeginsel,6 voor zover het gaat om volksgezondheidsrisico’s van veehouderijen, in het bestemmingsplan geen beleid kan worden gevoerd.7 Dit gaat veranderen. Het voorzorgsbeginsel heeft namelijk een voorname rol gespeeld tijdens de behandeling van de Omgevingswet (hierna ook: ‘Ow’). De Tweede Kamer heeft het toenmalige voorstel van wet op diverse onderdelen gewijzigd, waardoor het makkelijker moet worden om een omgevingsvergunning vanwege gezondheidsrisico’s te weigeren, ook wanneer er nog onvoldoende precieze wetenschappelijke inzichten zijn met betrekking tot het risico van een bepaalde ziekte. Het betreft:

  • art. 2.1 lid 4 Ow: een volwaardige rol voor ‘gezondheid’ bij omgevingsplannen en omgevingsvergunningen voor afwijkactiviteiten;
  • art. 5.30a Ow: weigering van een omgevingsvergunning vanwege (mogelijke) ernstige gezondheidsrisico’s;
  • art. 4.22 lid 2 Ow: verplichte algemene rijksregels met betrekking tot het treffen van alle passende maatregelen ter bescherming gezondheid;
  • art. 5.40 lid 3 Ow: de verplichting algemene rijksregels op te stellen over wijziging of intrekking van een omgevingsvergunning in verband met passende maatregelen ter bescherming van gezondheid.8

Op 22 maart 2016 heeft de Eerste Kamer ingestemd met de Omgevingswet. Wanneer de wet in werking zal treden, is nog onduidelijk, temeer omdat er nog veel werk aan de winkel is. De Invoeringswet Omgevingswet en diverse algemene maatregelen van bestuur (het Omgevingsbesluit, het Besluit bouwwerken leefomgeving, het Besluit kwaliteit leefomgeving en het Besluit activiteiten leefomgeving) dienen nog tot stand te komen.

Overigens heeft de Staatssecretaris van Economische Zaken aangekondigd dat hij gaat bekijken of het wetsvoorstel dieraantallen en volksgezondheid9 meerwaarde heeft boven hetgeen na amendering (zie hiervoor) reeds is geregeld in de Omgevingswet. Zou de Wet dieraantallen en volksgezondheid er toch komen, dan is daarin een basis gelegen voor (kort weergegeven) het vaststellen van maximumaantallen dieren uit oogpunt van volksgezondheid.10

Verder hangt nog boven de markt dat er normen voor endotoxinen (celwandbestanddelen van bacteriën) zullen worden vastgelegd, bijvoorbeeld in het Besluit emissiearme huisvesting.

Kortom: het thema ‘veehouderij en volksgezondheid’ is volop in beweging. Nieuwe onderzoeksresultaten en nieuwe wet- en regelgeving worden verwacht. In dit tijdschrift zal hier vanzelfsprekend aandacht aan worden besteed.

Deel deze pagina:

Nog niet beoordeeld

Artikel informatie

Type
Overig
Auteurs
mr. P.P.A. Bodden
Auteursvermelding
Ik ben auteur van dit artikel
Datum artikel
Uniek Den Hollander publicatienummer
UDH:TvAR/13033

Verder in 2016 nr.4

 Veehouderij en volksgezondheid

Op 5 april 2016 heeft minister Schippers Kamervragen beantwoord over het thema ‘veehouderij en volksgezondheid’.[1] De vragen zijn gesteld naar aanleiding van het artikel ‘Meer lo...

 Contouren fosfaatrechten melkveehouderij steeds duidelijker

De fosfaatproductie in de Nederlandse melkveehouderij is hoger dan toegestaan. Om aanspraak te blijven houden op derogatie mag de fosfaatproductie in de Nederlandse melkveehouderij volgens de Eu...

 Kroniek Wet voorkeursrecht gemeenten 2011-2016

Voor het laatst in 2010 is in dit tijdschrift uitgebreid stilgestaan bij de actualiteiten op het terrein van de Wet voorkeursrecht gemeenten (hierna: Wvg).2 De gebruikelijke stroom aa...