Hof Den Haag 29 december 2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:3685
prof. mr. A.W. JongbloedArtikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
Ontruiming bedrijfsruimte. Geen indeplaatsstelling huurder
5.3. Ter beantwoording van de vraag of Vestia zich stilzwijgend tot een huurovereenkomst met appellant heeft verbonden, omdat appellant gebruiker was en betaalde, overweegt het hof het volgende.
5.4. De huurovereenkomst met [A] was niet opgezegd. Vestia verhuurde dus aan [A]. Indien het al zo was (hetgeen Vestia ontkent) dat Vestia reeds ruim voor het faillissement er mee bekend was dat niet [A] maar appellant in de bedrijfsruimte een snackbar exploiteerde, mocht Vestia aannemen dat haar huurder [A] hem als gebruiker in de ruimte toeliet. Vestia kon immers niet tegelijkertijd dezelfde ruimte die zij reeds aan [A] verhuurde ook aan appellant verhuren. Het gebruik door appellant was in dat geval iets tussen T. en appellant, waar Vestia buiten stond.
Het feit dat appellant persoonlijk huurbetalingen deed, maakt niet dat appellant zich jegens Vestia heeft verbonden om huurpenningen te betalen, noch dat Vesti...
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.