Vzr. Midden-Nederland, zp Utrecht 23 maart 2016, ECLI:NL:RBMNE:2016:1499
prof. mr. A.W. JongbloedArtikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
Eiser vordert in kort geding betaling door de curator van zijn preferente vordering in het faillissement van de Stichting. Die vordering is door een eerder vonnis onherroepelijk geworden. Voorzieningenrechter passeert beroep van curator op tegenvordering wegens onbehoorlijk bestuur
4.4. (…) bezit het renvooivonnis waarbij de vordering als preferente vordering is erkend dezelfde kracht als een erkenning tijdens een verificatievergadering. Dat de vordering niet op de verbindend geworden uitdelingslijst is vermeld, staat aan uitbetaling niet in de weg. Dat daardoor de overige schuldeisers de mogelijkheid niet hebben in verzet te komen langs de weg van art. 184 Fw maakt dat niet anders. Doel van de verzetprocedure is immers, om een rechterlijk oordeel te krijgen alvorens wordt uitgekeerd. Nu dat oordeel in de renvooiprocedure al is gegeven, zou verzet tegen de reeds erkende vordering en/of de preferentie daarvan door overige schuldeisers niet-ontvankelijk zijn.
4.5. Uit ...
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.