60. Rechtbank Rotterdam 15 maart 2016 (seksueel binnendringen), ECLI:NL:RBROT:2016:1928 (IR 2016/60)
Onder redactie van mr. M. van der Linden – Smit en mr. C.C.M. Kroeks – de RaaijArtikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
Strafrecht, webcam, interactie, seksueel binnendringen, art. 245 Sr, art. 246 Sr, art. 247 Sr, art. 248a Sr
Uit de arresten van de strafkamer van de Hoge Raad van 30 november 2004, NJ 2005, 184 en 22 maart 2011, LJN BP1379 volgt dat er onder omstandigheden sprake van ontucht met een minderjarige kan zijn zonder dat er een lichamelijke aanraking tussen de dader en de minderjarige is geweest. Of in een zodanig geval de gedraging(en) van de dader – al dan niet in onderlinge samenhang bezien – het dwingen tot het plegen of dulden van ontuchtige handelingen opleveren, is afhankelijk van de omstandigheden van het geval. Daarbij komt in het bijzonder betekenis toe aan het antwoord op de vraag of en zo ja, in hoeverre tussen de dader en het slachtoffer enige voor het plegen of dulden van ontucht relevante interactie heeft plaatsgevonden. De reactie van die ander kan – volgens de Hoge Raad – bijvoorbeeld bestaan uit het aannemen van een bepaalde houdin...
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.