124. Gerechtshof Den Haag 7 juli 2016 (opruiende filmpjes), ECLI:NL:GHDHA:2016:1979 (IR 2016/124)
Onder redactie van Tina van der Linden – Smit en Kea Kroeks – de RaaijArtikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
Strafrecht, opruiing via internet, Twitter, YouTube, art. 132 Sr
Opruiing is niet het dwingen van iemand tot een feit, maar het opwekken van de gedachte aan enige feit, het trachten de mening te vestigen dat dit feit noodzakelijk of wenselijk is en het verlangen op te wekken om dat feit te bewerkstelligen. Het gaat dus om een zodanige voorstelling van de wenselijkheid of noodzakelijkheid dat deze geschikt is om de overtuiging daarvan bij anderen op te wekken. De opruiing kan de vorm van een verzoek of een aansporing aannemen of in een imperatieve vorm worden gegoten. Opruiing geschiedt in het openbaar, mondeling of bij geschrift of afbeelding. Van opruiing in het openbaar is sprake wanneer de opruiing plaatsvindt onder zodanige omstandigheden en op zodanige wijze dat zij tot het publiek is gericht en door het publiek kan worden geconsumeerd. Het internet kan worden aangemerkt als een openbare plaats, mits het publiek toegang heeft tot de inter...
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.