Pluim of plumeau
mr. W.J. Horsten Het artikel is in de opmaak van het tijdschrift rechts als pdf beschikbaar.Ik heb geworsteld met de vraag of ik deze column zou schrijven. Het gaat namelijk over iets van jaren terug. Een collega-advocaat assisteerde toen een cliënt bij het verkrijgen van een vvgb onder de Wft.
Twee dagen voor afloop van de periode die de toezichthouder op grond van de wet had voor het verlenen van de vvgb, was de collega-advocaat gebeld door de toezichthouder. Het bericht van de toezichthouder kwam op het volgende neer. Wij weten dat wij reeds enkele malen vragen hebben gesteld en dat die zijn beantwoord, maar we hebben nog wat tijd nodig om ons onderzoek en onze afwegingen af te ronden. Wij weten dat wij nu binnen twee dagen een besluit moeten nemen en dat als wij dat niet doen (althans als wij de aanvraag niet afwijzen) de vvgb geacht wordt te zijn verleend. Dat willen wij niet, maar wij willen ook niet nu een besluit (toewijzend dan wel afwijzend) moeten nemen. Wij vragen u daarom de aanvraag door uw cliënt morgen te laten intrekken. Als dan meteen een nieuwe aanvraag wordt ingediend vangen de wettelijke beslistermijnen opnieuw aan, maar zullen wij de zaak de aandacht geven die nodig is om spoedig tot een besluit te komen. Wordt de aanvraag niet ingetrokken dan sturen wij over twee dagen een afwijzend besluit.
De cliënt gaf, na van de schrik en verbazing te zijn bekomen, aan dat het afgewezen zien van een aanvraag natuurlijk zeer storend is, maar dat ook aan het intrekken daarvan nadelige kanten zitten. Zo wordt bij aanvragen (elders ter wereld) soms niet alleen gevraagd of wel eens een aanvraag is afgewezen door een toezichthouder (elders ter wereld), maar ook of men wel eens een aanvraag heeft ingetrokken. Ook daarop is het antwoord bij voorkeur nee. Pogingen om aan een andere toezichthouder uit te leggen waarom een aanvraag elders is ingetrokken kunnen op scepsis stuiten.
De toezichthouder bleek niet gevoelig voor welk argument dan ook. De wetgever heeft termijnen gesteld waarbinnen de toezichthouder moet besluiten. Die kunnen misschien worden opgeschort als de aanvraag onvolledig is en de toezichthouder om die reden, of om andere reden, om aanvullende informatie vraagt, maar als die aanvullende informatie dan wordt verstrekt mag de aanvrager er toch van uitgaan dat de toezichthouder zijn werk doet en zich aan de termijnen houdt die de wetgever heeft gesteld. Het bleek op de toezichthouder echter geen indruk te maken dat de wetgever termijnen had gesteld en het niet aan de toezichthouder had gelaten om pas een besluit te nemen wanneer het hem uitkomt. De toezichthouder verdiende hier geen pluim maar een plumeau door de aanvrager zo voor het blok te zetten. Ik hoop dat dit een eenmalig incident was en geen regelmatig voorkomend verschijnsel is. De vvgb is uiteindelijk – verlaat – verleend.