Tijdschrift voor Financieel Recht
2005 nr. 3
Uitspraak Klachtencommissie DSI, nr. 05-3
mr. F.R.H. van der Leeuw en mr. A.R. Filius
Artikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
De instelling had klager geadviseerd in reverse convertibles
te beleggen, terwijl klager had aangegeven niet een
risico te willen lopen dat aan beleggen in aandelen verbonden
kan zijn. De Klachtencommissie overwoog dat de
positie van de houder van reverse convertibles gelijk
staat aan die van een schrijver van put-opties op aandelen,
zodat er sprake is van een risicovol product. Het product
is volgens de Klachtencommissie dermate complex
dat van klager niet mag worden verwacht dat hij zelf de
risico's kan inschatten. Omdat het advies in reverse convertibles
gelet op het risicoprofiel van klager (waarmee
de instelling bekend was) redelijkerwijs niet had mogen
worden gegeven, hield de Klachtencommissie de instelling
in beginsel aansprakelijk voor de geleden schade.
Nadeel ontstaan door beleggingsbeslissingen van klager
die waren genomen nadat klager een deskundige had ingeschakeld
en contact met de instelling had opgenomen,
liet de Klachtencommissie voor rekening van klager. Op
de schade bracht de Klachtencommissie het verschil in
mindering tussen de ontvangen rente en de geschatte
rente die klager zou hebben gekregen bij een belegging
in gewone obligaties. Van de gevorderde vergoeding van
7 30.000 kende de Klachtencommissie 7 17.426 toe.
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.
Bijlage(n)
- Bijlagen zijn alleen beschikbaar voor abonnees.