BUITENSPORIGE NEVENBEDINGEN IN PACHTOVEREENKOMSTEN
M.C. Geuze
In opdracht van Prof. Mr. J. M. Polak is in de zomer van 1979 een on-derzoek uitgevoerd naar de mate waarin de Overheid er sinds de inwerking-treding van de Pachtwet 1958 in geslaagd is om anno 1979 de nevenbedin-gen die een zodanige beperking in de bedrijfsvoering van de pachter inhou-den dat ze als buitensporig aan te merken zijn, te schrappen ingevolge de Pachtwet art. 5, lid 1 sub b.
Bij het onderzoek is gebruik gemaakt
Artikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
van de beschikbare literatuur op het terrein van de Pachtwet, de jurisprudentie sinds de inwerkingtreding van de Pachtwet van 1958 en de interne verzamelingen van gewijzigde/ge-schrapte bepalingen incl. beschikkingen van de grondkamers voor Gelder-land, Overijssel, Zuid-Holland, Zeeland, Drenthe en Groningen. Daar-naast zijn de secretarissen van de resp. grondkamers en de griffiers van de Centrale Grondkamer geïnterviewd en zijn in de archieven pachtovereen-komsten van grote verpachters onderzocht en de middels de interviews ver-kregen mededelingen omtrent nevenbedingen geverifieerd.
Het onderzoek pretendeert niet volledig te zijn, omdat de beschikbare tijd en mankracht hiervoor ontbraken, doch wel representatief voor de stand van zaken m.b.t. de buitensporige nevenbedingen bij de grond-kamers in het algemeen en de Grondkamer van Gelderland en Overijssel, alwaar het belangrijkste deel van het onderzoek is uitgevoerd, in het bijzonder.
Gezien het feit dat natuurbeschermingsorganisaties grote verpachters blijken te zijn die veel (buitensporige) nevenbedingen in hun pachtovereen-komsten op (trachten te) nemen en een wijziging van de Pachtwet wordt overwogen om aan de wensen van deze instellingen tegemoet te komen, is in dit excerpt eerst een beschouwing aan deze problematiek gewijd.
De resultaten van het onderzoek zijn verdeeld in een categorie algemene beschikkingen, een categorie nevenbedingen welke wegens buitensporig-heid zijn geschrapt, een categorie nevenbedingen welke de Centrale Grond-kamer in haar beschikkingen opnam als geen buitensporige verplichting en een categorie nevenbedingen welke door de grondkamer gewijzigd noch ge-schrapt zijn, maar waarvan het buitensporig karakter m.i. zeker ter dis-kussie staat.
Dit artikel wordt besloten met een aantal conclusies en enkele behartens-waardige opmerkingen en aanbevelingen.
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.
