Voorwoord
mr. N. Amiel Het artikel is in de opmaak van het tijdschrift rechts als pdf beschikbaar.Het huurrecht staat weer in het middelpunt van de belangstelling, in het bijzonder door de Wet doorstroming huurmarkt 2015, die op 1 juli 2016 (grotendeels) in werking treedt. Deze wet zorgt, in geval van verhuur van woonruimte, voor fundamentele veranderingen. Zo wordt de huursombenadering geïntroduceerd en de opzeggingsgrond 'dringend eigen gebruik' uitgebreid. Daarnaast wordt de mogelijkheid ingevoerd tot het aangaan van tijdelijke huurovereenkomsten (met een maximale duur van twee jaar voor zelfstandige en vijf jaar voor onzelfstandige woonruimte), waarop de huurbeschermingsregels niet van toepassing zijn. Hiermee worden de verschillen tussen het regime dat geldt voor 290-bedrijfsruimte en woonruimte verkleind. Voor 290-bedrijfsruimte bestond immers al de mogelijkheid om huurovereenkomsten te sluiten voor de duur van twee jaar of korter waarbij de huurder geen huurbescherming geniet.
In onze cyclus over de ROZ-modellen komt in dit nummer het onderwerp 'renovatie' aan bod. Egbert Schelhaas licht toe dat de wettelijke renovatiebepaling in het ROZ-model 2015 geheel buiten toepassing is verklaard en bespreekt de regeling die hiervoor in het model in de plaats is gekomen. Met de ROZ-regeling is het, aldus Schelhaas, voor een verhuurder eenvoudiger aan te tonen dat aan de huurder een redelijk renovatievoorstel is gedaan. Geconcludeerd wordt dat dit voor verhuurders het grootste voordeel is van de renovatieregeling in het ROZ-model 2015.
Verder schrijft Ingomar Souren over het leerstuk van de samenloop bij gemengde overeenkomsten. Aan de hand van art. 6:215 BW wordt in de eerste plaats bezien wanneer sprake is van een gemengde overeenkomst. Aan de hand van recente jurisprudentie wordt vervolgens bekeken of de semi-dwingendrechtelijke bepalingen met betrekking tot de huur van 290-bedrijfsruimte altijd prevaleren. Hierbij wordt onder andere de samenloop met een overeenkomst van opdracht bekeken, zoals een cateringovereenkomst.
In huurzaken is regelmatig de vraag aan de orde of afspraken zijn gemaakt door vertegenwoordigingsbevoegde personen. Denk bijvoorbeeld aan discussies over mededelingen van een makelaar van een der partijen of over de rechtsgeldigheid van een gezette handtekening. Over de vertegenwoordigingsbevoegdheid ten aanzien van vennootschappen schrijft Moniek Kassenaar in dit nummer het artikel 'Schijn bedriegt, of toch niet? Het grijze gebied van vertegenwoordigingsbevoegdheid.' Hierbij komt veel recente jurisprudentie aan de orde. Afgesloten wordt met een aantal praktische aanbevelingen om (te trachten) onduidelijkheden en onnodige juridische geschillen te voorkomen.
Eva Milou Moison schrijft ten slotte over het energielabel. Op 4 november 2015 is het Besluit Energieprestatie gebouwen aangevuld en in dit artikel wordt aandacht besteed aan de verplichtingen die voortvloeien uit dit besluit in bedrijfsgerelateerde verhuursituaties. Besproken wordt bijvoorbeeld voor welke gebouwen het energielabel verplicht is, op wie de verplichting rust om een energielabel beschikbaar te stellen en hoe het toezicht en de handhaving van deze verplichting is geregeld.
Ten slotte breng ik u graag op de hoogte van het volledige programma van het congres 'Strategisch procederen in het huurrecht', dat op 3 november 2016 in Kasteel de Wittenburg in Wassenaar zal plaatsvinden. Dagvoorzitter zal Christiaan Toorman zijn, raadsheer bij het Hof Amsterdam. Key-note speakers zijn AG Els Wesseling – Van Gent en cassatieadvocaat Bart van der Wiel, die beiden dagelijks beoordelen of er strategisch goed geprocedeerd is. Na de lezingen van deze key-note speakers wordt gelegenheid geboden om twee workshops te volgen, waarbij wordt ingegaan op (procestechnische aspecten van) de volgende onderwerpen:
- renovatie en (daarmee verband houdende) huurprijswijziging;
- arbitrage, bevoegdheid, toepasselijk recht en ipr;
- beëindiging, voorwaardelijk opzeggen, uitstellen procederen na opzegging, intrekking opzegging, (voortijdige) ontruiming, uitvoerbaar bij voorraad verklaring en verhuis- en inrichtingskosten vergoeding;
- goedkeuring van afwijkende bedingen, huurprijsherziening, 230a-voorvragen, appelverbod, verjaring/vernietiging, kwalificatie en niet ontvankelijkheid en
- huur en cassatie.
Tot slot zullen in een paneldiscussie, onder leiding van de dagvoorzitter, een paar belangrijke aandachtspunten uit de diverse workshops de revue passeren.
Ik kijk ernaar uit velen van u op 3 november 2016 in Wassenaar te ontmoeten!
Nathalie Amiel