Tijdschrift voor Jaarrekeningenrecht Verslaggeving, accountancy en toezicht 2016 nr. 2

De problematiek rondom de ontbrekende jaarrekening bij turboliquidatie

mr. dr. S. Renssen1

Artikel kopen € 79,00 excl. BTW

In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.

In 1994 werd aan art. 2:19 BW een vierde lid toegevoegd, op grond waarvan een rechtspersoon die ten tijde van ontbinding geen baten meer heeft, direct ophoudt te bestaan. Deze snelle ontbindingswijze – in literatuur en rechtspraak ook wel aangeduid als turboliquidatie – werd ingevoerd voor situaties waarin niets meer te vereffenen valt.2 Alsdan is een vereffeningsprocedure overbodig. Art. 2:19 lid 4 BW wordt veelvuldig toegepast in de praktijk. Uit de meest recente cijfers volgt dat in 2012 85-90% van de ontbonden rechtspersonen direct ophielden te bestaan, met andere woorden het percentage turboliquidaties bedroeg dat jaar 85-90%.3 Toepassing van art. 2:19 lid 4 BW maakt de ontbinding van een vennootschap4 – naast snel – ook eenvoudig. Aan de turboliquidatie als ontbindingswijze lijkt door de wetgever slechts één voorwaarde te zijn gesteld: het ontbreken van baten ten tijde van ontbinding.5 Uit jurisprudentie a...

U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.

Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.


Verder in dit artikel:

1. Inleiding

2. De ontbrekende jaarrekeningverplichtingen bij turboliquidatie

3. De betekenis van de jaarrekening bij turboliquidatie

3.1. De jaarrekening als instrument ten behoeve van turboliquidatie

3.2. De betekenis van de jaarrekening voor de AvA

3.3. De betekenis van de jaarrekening voor het bestuur

3.4. De betekenis van de jaarrekening voor de schuldeisers

4. Conclusie

Deel deze pagina:

Nog niet beoordeeld

Bijlage(n)

  • Bijlagen zijn alleen beschikbaar voor abonnees.

Artikel informatie

Type
Artikel
Auteurs
mr. dr. S. Renssen1
Auteursvermelding
Ik ben auteur van dit artikel
Datum artikel
Uniek Den Hollander publicatienummer
UDH:TvJ/13221

Verder in 2016 nr.2

 Kennen wij een geconsolideerde administratieplicht?

Bij faillissement van een naamloze of besloten vennootschap alsmede bij verenigingen en stichtingen die aan de vennootschapsbelasting zijn onderworpen, zijn de bestuurders hoofdelijk aansprakelijk ...

 Uitvoeringswet richtlijn jaarrekening: implementatie van richtlijn 2013/34/EU, helaas met enige foutjes en onduidelijkheden

In deze uitgave is enkele malen[2] aandacht gegeven aan de herziening van de EU richtlijn jaarrekening (2013/34//EU).[3] Het EU wetgevingsproces tot vervanging van de 4e en 7e EEG richt...

 ‘Partiële’ vaststelling jaarrekening – complexe situatie voor de controleverklaring

Ongetwijfeld zullen veel lezers niet vaak van het fenomeen ‘partiële’ vaststelling jaarrekening hebben gehoord en er helemaal niet mee zijn geconfronteerd in de praktijk. In een casus die onlangs s...

 De problematiek rondom de ontbrekende jaarrekening bij turboliquidatie

In 1994 werd aan art. 2:19 BW een vierde lid toegevoegd, op grond waarvan een rechtspersoon die ten tijde van ontbinding geen baten meer heeft, direct ophoudt te bestaan. Deze snelle ...

 Praktijkvraag - Microrechtspersonen en niet-reguliere grondslagen

Deze praktijkvraag voor TvJ gaat in op de vraag of, en zo ja in hoeverre, niet-reguliere waarderings- (en resultaatbepalings-)grondslagen zijn toegestaan voor de jaarrekening van microrechtspers...

 Web rond accountants Vestia-derivaten revisited - Noot bij de drie uitspraken van het College van Beroep voor het bedrijfsleven d.d. 25 februari 2016 ( ECLI:NL:CBB:2016:35 ; ECLI:NL:CBB:2016:36 en ECLI:NL:CBB:2016:37 )

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft op 25 februari 2016 in een drietal uitspraken in hoger beroep geoordeeld omtrent klachten die waren ingediend tegen twee voormalige c...