Tijdschrift voor Curatoren 2016 nr. 3

Rb. Rotterdam 25 mei 2016, ECLI:NL:RBROT:2016:4560

prof. mr. A.W. Jongbloed

Artikel kopen € 79,00 excl. BTW

In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.

Vordering in de hoofdzaak is van een curator van een gefailleerde Nederlandse B.V. Incidentele vordering ex art. 224 lid 1 en 2 onder c Rv tot zekerheidsstelling van proceskosten en schadevergoeding. Incident wordt afgewezen als zijnde kansloos en puur gedaan als vertraging van de procedure

2.4. Uit de overgelegde stukken blijkt dat zowel de curator als de gefailleerde vennootschap in Nederland woonachtig c.q. gevestigd zijn. Van een situatie zoals bedoeld in art. 224 Rv is derhalve geen sprake, zodat er geen grond is voor de verzochte zekerheidstelling. De rechtbank zal de incidentele vordering dan ook afwijzen.

2.5. Voorts heeft de curator aangevoerd dat [eiser in incident, gedaagde sub 1 in hoofdzaak] de curator eerder verzocht heeft om uitstel voor het nemen van de conclusie van antwoord en dat hem dit uitstel is geweigerd. Enkele dagen hierna is vervolgens de onderhavige incidentele vordering ingesteld.

De rechtbank is met ...

U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.

Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.


Verder in dit artikel:

Deel deze pagina:

Nog niet beoordeeld

Bijlage(n)

  • Bijlagen zijn alleen beschikbaar voor abonnees.

Artikel informatie

Type
Jurisprudentie
Auteurs
prof. mr. A.W. Jongbloed
Vermelding op rechtspraak.nl
ECLI:NL:RBROT:2016:4560
Auteursvermelding
Ik ben auteur van dit artikel
Datum artikel
Uniek Den Hollander publicatienummer
UDH:TvCu/13364

Verder in 2016 nr.3

 Kiezen of delen? De curator tussen de schuldeisers en de (ver)huurder - Een onderzoek naar de keuzevrijheid van de curator

De curator speelt een elementaire rol in een faillissement en heeft derhalve een zware verantwoordelijkheid. Desondanks krijgt de curator tijdens de vereffening en het beheer van de b...

 Opheffing na verificatie artikel 196 Fw niet toepasselijk? Onzin! - ECLI:NL:GHDHA:2016:975

In het vorige nummer is de beschikking van het Hof Den Haag van 22 maart 2016[2] besproken in het Overzicht rechtspraak faillissementsrecht.[3] Daarin is niet aan de orde geweest hetgee...

 De terugkijk met q.q.: Van Leuveren q.q./ING

Een bank die, met het faillissement van haar kredietnemer in zicht, na jaren van relatieve inactiviteit in de pandrelatie opeens een volmacht voor verpanding vraagt om vervolgens dagelijks tot v...

 Noot bij gerechtshof ’s-Hertogenbosch 17 mei 2016, ECLI:NL:GHSHE:2016:1933

Raymond Joseph Geurts,wonende te Lanaken (België),appellant,advocaat: mr. J.M.H.J. Coolen te Sittard,tegenTheodorus Henricus Joseph Miggiels,wonende te Oeffelt, gemeente Boxmeer,geïntimeerde,advoca...