Tijdschrift voor Financieel Recht 2005 nr. 7

X en Y / Defam Financieringen, Happy Service Verzekeringen, Fortis Bank Nederland

mr. F.R.H. van der Leeuw en mr. A.R. Filius

X en Y hadden ieder via tussenpersoon Happy Service in februari 1998 een effectenlease-overeenkomst gesloten met Defam en (een rechtsvoorgangster van) Fortis. Happy Service bracht cliënten aan bij Defam, die de lening onder de effectenlease-overeenkomsten verstrekte en cliënten op haar beurt bij Fortis aanbracht. Fortis kocht en administreerde de aandelen. Primair deden X en Y een beroep op nietigheid althans vernietigbaarheid van hun overeenkomsten, omdat Defam en Happy Service vergunningplichtige handelingen zouden hebben verricht, terwijl zij

Artikel kopen € 79,00 excl. BTW

In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.

geen vergunning van de AFM hadden en dus niet als cliëntenremisier hadden mogen optreden. De rechtbank overwoog dat Defam en Happy Service inderdaad als cliëntenremisiers actief waren geweest, maar dat dat niet kan leiden tot (ver)nietig(baar)heid van de overeenkomsten. Happy Service was immers geen partij bij de overeenkomsten, dus activiteiten van Happy Service in strijd met de Vrijstellingsregeling Wte kunnen niet leiden tot nietigheid of vernietigbaarheid van de overeenkomsten, terwijl Defam cliënten niet bij een andere cliëntenremisier heeft aangebracht, zodat zij de Vrijstellingsregeling Wte niet heeft geschonden. Omdat was bemiddeld bij de totstandkoming van slechts één product was volgens de rechtbank ook van orderremisiers geen sprake, zodat ook een vergunning voor orderremisiers niet vereist was. Subsidiair stelden X en Y dat gedaagden in hun verplichtingen tekort waren geschoten. De rechtbank constateerde dat Happy Service tegen X en Y had gezegd dat gegarandeerd was dat zij de inleg terug zouden krijgen, hetgeen een onjuiste mededeling was. Aldus had Happy Service in strijd gehandeld met art. 20 NR 1995 en was zij volgens de rechtbank gehouden de schade van X en Y te vergoeden. Het beroep van Happy Service op eigen schuld van X en Y werd verworpen, omdat redelijkerwijs niet mocht worden verwacht dat X en Y de overeenkomsten zo zorgvuldig hadden moeten lezen dat zij hadden moeten begrijpen dat de door Happy Service verwoorde garantie niet waar was. Ten aanzien van Defam en Fortis overwoog de rechtbank dat de gedragingen van Happy Service weliswaar niet aan hen kunnen worden toegerekend, maar dat zij de zelfstandige verplichting hebben artt. 24 en 27 Bte na te leven, hetgeen in onvoldoende mate was gebeurd. Defam en Fortis hadden zich onvoldoende verdiept in de beleggingsdoelstellingen en de financiële positie van X en Y en de productvoorlichting door Defam en Fortis was onvoldoende ten aanzien van de kenmerken en risico's van de overeenkomsten. Aldus kwam de rechtbank tot het oordeel dat ook Defam en Fortis gehouden zijn de schade van X en Y te vergoeden. Omdat voor eigen schuld geen plaats was gelet op de verwijten die volgens de rechtbank aan Happy Service, Defam en Fortis konden worden gemaakt, veroordeelde de rechtbank Happy Service, Defam en Fortis hoofdelijk tot restitutie van de door X en Y ingelegde bedragen en tot vergoeding van een bedrag gelijk aan de restschuld.

U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.

Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.


Deel deze pagina:

Nog niet beoordeeld

Bijlage(n)

  • Bijlagen zijn alleen beschikbaar voor abonnees.

Artikel informatie

Type
Jurisprudentie
Organisatie
Rechtbank Utrecht
Auteurs
mr. F.R.H. van der Leeuw en mr. A.R. Filius
Auteursvermelding
Ik ben auteur van dit artikel
Onderwerp
Effectenlease; tussenpersonen
Bron
rolnr. 177137/HAZA 04-950, LJN nr. AT8147 <www.rechtspraak.nl>
Datum artikel
Uniek Den Hollander publicatienummer
UDH:FR/164

Verder in 2005 nr.7

 De toelating van effecten tot het Wge-systeem door Euroclear Nederland

In dit artikel zal worden ingegaan op de rol die Euroclear Nederland (Necigef)1 speelt bij de toelating van effecten tot het Wge-systeem. Verder zullen de door Euroclear Nederland gehanteerde to...

 De jaarverslagen van 2004 van de Autoriteit Financiële Markten en De Nederlandsche Bank

Op 27 april 2005 presenteerde de Stichting Autoriteit Financiële Markten ('AFM') haar jaarverslag over 2004. Een maand later, op 26 mei 2005, volgde De Nederlandsche

 Verscherpt integriteittoezicht in de financiële sector

Verscherpt integriteittoezicht door samenwerking met opsporings- en inlichtingendiensten De financiële toezichtwetgeving is aan verandering onderhevig. Dat heeft...