Landbouwrestituties; toekenning en terugvordering
mr. ing. B.J.B. Boersma en mevr. mr. M. Maas-Cooymans
Eén van de doelstellingen van de Europese Gemeenschap (hierna: EG) is, aldus
artikel 3 EG-verdrag, het creëren van een gemeenschappelijk beleid op het gebied van
de landbouw. Hoewel de internationale handel in beginsel wordt beheerst door het
principe van vrije handel is dat binnen de landbouwsector niet altijd het geval. Mede
gezien de problemen met de voedselvoorziening tijdens de Tweede Wereldoorlog,
waren de lidstaten in 1957 van mening dat het de voorkeur heeft om een
Artikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
gemeenschappelijk
markt- en prijsbeleid te voeren voor landbouwproducten. In de artikelen
32 tot en met 38 EG-verdrag is hier nader uitvoering aan gegeven.
Een belangrijk instrument voor dit beleid is het verlenen van restituties bij de uitvoer
van landbouwproducten. Restituties zijn uitvoersubsidies om de in de EG geproduceerde
landbouwproducten tegen concurrerende prijzen op de wereldmarkt te kunnen
verkopen. Deze restituties worden toegekend omdat de productiekosten van landbouwgoederen
binnen de Gemeenschap meestal aanzienlijk hoger zijn dan van
vergelijkbare producten op de wereldmarkt, zodat de in de EG gevestigde boer een
ongunstige concurrentiepositie heeft.
Restituties kunnen zowel worden verleend voor de basisproducten (landbouwproducten
in hun primaire vorm of eerste stadium van verwerking) als voor producten
die industrieel zijn vervaardigd en waarin landbouwproducten zijn verwerkt. De
restitutiebedragen worden periodiek door de Europese Commissie vastgesteld en zijn
afhankelijk van het prijsverschil en een mogelijk overschot of tekort binnen de EG.
In dit artikel wordt aandacht besteed aan de voorwaarden waaronder restitutie wordt
toegekend en onder welke omstandigheden restitutie kan worden teruggevorderd. In
hoofdstuk 2 komen de algemene voorwaarden aan bod. In hoofdstuk 3 wordt de
procedure van de restitutieaanvraag beschreven tot en met de uitbetaling door het
productschap. In veel gevallen wordt achteraf, op administratieve wijze, gecontroleerd
of aan alle voorwaarden is voldaan. Deze controles zijn gebaseerd op specifieke
wetgeving, die in hoofdstuk 4 aan bod komt. Hoofdstuk 5 bevat de omstandigheden
waaronder het productschap kan overgaan tot terugvordering van de restitutie en het
opleggen van sancties. Terugvordering is echter niet mogelijk indien er sprake is van
verjaring, hetgeen in hoofdstuk 6 wordt behandeld. Diverse onderwerpen zoals
terugvordering, sancties en verjaring zijn ook onderwerp van de vierde tranche van
de Algemene wet bestuursrecht. Daarom wordt in hoofdstuk 7 een vergelijking
gemaakt tussen het gemeenschapsrecht en de vierde tranche.
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.