De Loyer / Meijs c.s. (TvAR 2002/5139)
[Pachtwet art. 41, 44]
Uit niets blijkt dat niet namens alle erfgenamen
is opgetreden of dat het door de
advocaat verwoorde standpunt niet het
standpunt van alle erven zou zijn. Uit het
feit dat uit het verweerschrift in eerste aanleg
niet duidelijk blijkt dat het namens alle
erfgenamen is ingediend en het feit dat het
slechts door twee van de erven is ondertekend
vloeit nog niet voort dat de overige
erven in eerste aanleg geacht
Artikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
moeten
worden geen verweer te hebben gevoerd,
nog daargelaten dat het hen zou vrijstaan in
hoger beroep alsnog verweer te voeren.
Het voornemen tot persoonlijk gebruik door
één persoon uit een groep deelgenoten/
verpachters na verdeling dient te worden
beschouwd als voorgenomen persoonlijk
gebruik van de verpachter in de zin van
artikel 41, eerste lid, van de Pachtwet. Hieraan
doet niet af dat nog geen verdeling van
de gemeenschap heeft plaatsgevonden.
Grond in geschil zal vrijwel onmiddellijk vrij
van pacht worden ingebracht in de reeds
ver gevorderde ruilverkaveling, waarna kort
daarop toedeling van vervangende grond
zal volgen, welke grond vervolgens door
desbetreffende deelgenoot persoonlijk in
gebruik zal worden genomen. Als persoonlijk
gebruik van de grond in geschil kan
mede worden beschouwd persoonlijk
gebruik van de voor deze grond in het kader
van genoemde ruilverkaveling beschikbaar
gestelde vervangende grond. Persoonlijk
gebruik uitvoerbaar.
Pachter heeft ter voorlichting van het hof
louter stukken overgelegd die zijn zeugenbedrijf
betreffen. Niet valt in te zien waarom
niet mede rekening zou moeten worden
gehouden met diens vleesvarkens/rundveebedrijf,
zeker niet nu zowel in eerdere
procedures als in de onderhavige procedure
tot aan de mondelinge behandeling steeds
beide bedrijven in de beoordeling zijn
betrokken. Pachter heeft tegen het in eerste
aanleg gegeven oordeel – dat hij door verlies
grond niet ernstig zal worden aangetast
in grondslag van maatschappelijk bestaan –
onvoldoende ingebracht om oordeel te
herzien. Volgt bevestiging beschikking met
bepaling bedrag ex art. 44, lid 3 Pw.
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.