mr. M. Lurks
Op 1 januari 2003 treedt een belangrijke wijziging van de Woningwet in werking.1
Met de wijziging wordt beoogd de regelgeving over het bouwen te vereenvoudigen
en het welstandstoezicht en de vergunningprocedures te verbeteren. De driedeling
bouwvergunningsvrije, meldingplichtige en bouwvergunningplichtige bouwwerken
zal worden vervangen door een tweedeling: bouwvergunningsvrije en bouwvergunningplichtige
bouwwerken. Met het afschaffen van de meldingplicht vervalt het
Besluit meldingplichtige bouwwerken. De voorheen meldingplichtige bouwwerken
zijn voor een groot deel bo... abonneren of dit artikel kopen.
mr. L.J. van Pelt*n deze bijdrage1 geef ik een toelichting op verschillende aspecten van agrarische
bedrijfswoningen. Onder meer zal worden ingegaan op de rol van bestemmingsplannen
en de mogelijkheden van handhaving.
1. Regeling agrarische bedrijfswoningen in bestemmingsplannen
Kenmerkend voor het buitengebied is het open karakter zonder of met beperkte
bebouwing ter plaatse. Een weidse blik en fraaie doorzichten zijn zaken die het
wonen in het buitengebied zo geliefd maken. In toenemende mate ontstaat er dan ook
een druk op het buitengebied waardoor de kenmerkende openheid in gevaar komt.
De overhe... abonneren of dit artikel kopen.
mr. D.L. Rodrigues Lopes
In deze vijfde aflevering breng ik rechtspraak bijeen over enkele financiële aspecten
van erfpacht, een vruchtgebruikobject met melkquotum, wijzen van ontstaan en
gevallen van wijziging van erfdienstbaarheden en de veiligheid binnen opstallen. abonneren of dit artikel kopen.
[Pachtwet art. 25; Landinrichtingswet
art. 154; Regeling Superheffing]
Gevestigde pachtverhouding in de zin van
art. 154 Liw. Vóór de ruilverkaveling was
pachtobject eigendom van een derde die
het eveneens verpachtte. Grond heeft geen
rol gespeeld bij opbouw van pachters melkquotum;
met die grond heeft zelfs waarschijnlijk
nimmer melkquotum samengehangen.
Dat pachter bij de ruilverkaveling
quotum samenhangend met voordien van
een derde gepachte grond heeft kunnen
meenemen zonder daarvoor een vergoeding
te betalen brengt nog niet mee, dat dit
melkquotum vervolgens is gaan sam... abonneren of dit artikel kopen.
[Pachtwet art. 25, 55]
Betalingsachterstand pachtpenningen
aangezuiverd na vonnis in eerste aanleg,
waarin pachtovereenkomst – terecht – is
ontbonden. Hiermee is verplichte grond
voor ontbinding vervallen. Vervolgens heeft
pachter zich echter kennelijk op het standpunt
gesteld dat – zolang het hoger beroep
loopt – hij niet de op grond van de pachtovereenkomst
verschuldigde pachtprijs
diende te betalen, maar kon volstaan met
betaling van een volgens eigen inzicht
redelijke vergoeding voor het gebruik van
het pachtobject. Dit standpunt is onjuist.
Zolang in het hoger beroep ni... abonneren of dit artikel kopen.
[Pachtwet art. 41, 44]
Uit niets blijkt dat niet namens alle erfgenamen
is opgetreden of dat het door de
advocaat verwoorde standpunt niet het
standpunt van alle erven zou zijn. Uit het
feit dat uit het verweerschrift in eerste aanleg
niet duidelijk blijkt dat het namens alle
erfgenamen is ingediend en het feit dat het
slechts door twee van de erven is ondertekend
vloeit nog niet voort dat de overige
erven in eerste aanleg geacht moeten
worden geen verweer te hebben gevoerd,
nog daargelaten dat het hen zou vrijstaan in
hoger beroep alsnog verweer te voeren.
Het voornemen tot... abonneren of dit artikel kopen.
[Pachtwet art. 12]
Vaststelling van einddatum van pachtovereenkomst
in verband met tussen partijen
gemaakte afspraak omtrent het afbouwen
van de teelt en het opleveren van de grond.
Wat betreft de vraag tegen welke datum de
pachtovereenkomst eindigt, komt het aan
op de zin die partijen over en weer redelijkerwijs
aan elkaars verklaringen en
gedragingen mochten toekennen en op hetgeen
zij te dien aanzien redelijkerwijs van
elkaar mocht verwachten. Gelet op de eigen
stellingen van pachter is de door pachtkamer
van het kantongerecht vastgestelde
einddatum juist. abonneren of dit artikel kopen.
[Pachtwet art. 25; BW art. 3:170, 3:171, 3:194
lid 2]
Pachtrechter niet bevoegd kennis te nemen
van vorderingen strekkende tot het vaststellen
tot welk gedeelte appellanten
gerechtigd zijn in een gemeenschappelijk
goed (in dit geval: een vordering tot schadevergoeding)
en tot het vaststellen van een
inbrengverplichting van één van geïntimeerden.
Vordering dat pachter jegens
appellanten tot schadevergoeding is
gehouden in verband met het opleveren
van gepachte zonder daarmee samenhangend
melkquotum c.q. het vervreemden
van melkquotum zonder toestemming van
de toenmalige verp... abonneren of dit artikel kopen.
[Pachtwet art. 128, 129; Regeling Superheffing]
Verkoop van melkquotum met overdracht
via afzonderlijk gesloten pachtovereenkomst.
Vordering in verband met het volmelken
van ten onrechte op naam koper geregistreerd
gedeelte van melkquotum. Pachtrechter
dient ambtshalve over zijn bevoegdheid
te beslissen. Hij is gebonden aan de in
eerste aanleg gegeven en in hoger beroep
niet bestreden beslissing omtrent de feitelijke
grondslag van de eis (HR 24 april 1981,
NJ 1981, 494), maar dit brengt nog niet mee
dat hij tevens is gebonden aan de vaststelling
in eerste aanleg, dat ook het ... abonneren of dit artikel kopen.
[Pachtwet art. 38, 41]
Op grond van in de beschikking genoemde
omstandigheden heeft het hof twijfels
omtrent de ernst en uitvoerbaarheid van het
voorgenomen eigen gebruik van verpachters.
Ook al zou het hof geen twijfels hebben,
dan nog acht het hof het verzoek om
verlenging toewijsbaar. Het hof is van oordeel
dat het persoonlijk voor verpachters
niet van overwegende betekenis is, waarbij
wordt overwogen dat de opbrengst te
behalen met het verleasen van het met het
gepachte samenhangende melkquotum niet
kan worden meegewogen bij de vraag of
het persoonlijke gebruik voor een ... abonneren of dit artikel kopen.
[Pachtwet art. 25; Regeling Superheffing]
Vervolg op Agr.r. 2000/5035. Schadevergoeding
in verband met vervreemding
melkquotum door pachter. Berekening van
voor de melkproductie gebruikt bedrijfsoppervlak
in het hier in aanmerking te
nemen referentiejaar 1978/1979 bij wijze van
schatting, nu partijen dat oppervlak niet
meer precies kunnen aantonen. Geen aanleiding
om op grond van bijzondere aspecten
van dit geval (o.a. gedane investering en
gesteld risico) de vergoeding vast te stellen
op een lager percentage dan 50% van de
verkeerswaarde van het met het gepachte
samenhangen... abonneren of dit artikel kopen.
[Pachtwet art. 2, 9]
Pachter heeft bedrijfsuitoefening feitelijk
gestaakt, het gepachte ontruimd en aan de
echtgenote van verpachter medegedeeld
dat de mestproductierechten waren verkocht.
Een en ander levert nog geen opzegging
van de pacht op, nog daargelaten dat
art. 9 Pw aan een rechtsgeldige opzegging
in de weg stond. Ook is een overeenkomst
tot beëindiging pachtverhouding niet
komen vast te staan. De partij die stelt dat
de pachtovereenkomst is opgezegd of in
onderling overleg is beëindigd – ook indien
dit de pachter is – draagt in geval van
betwisting door de wederpart... abonneren of dit artikel kopen.
[Pachtwet art. 49]
Theoretische kennis van voorgestelde
pachter verouderd en niet (meer) toereikend
voor het zelfstandig exploiteren van een
melkveehouderij. Het enkel meehelpen in
een omvang als door de voorgestelde
pachter gesteld duidt nog niet zonder meer
op een dusdanige praktijkervaring dat deze
de verouderde scholing afdoende kan
compenseren. Naast de hieruit volgende
twijfels is echter doorslaggevend, dat de
voorgestelde pachter ter zitting onvoldoende
blijk heeft gegeven zich serieus op een overname
van het bedrijf te hebben voorbereid.
Op grond van ter zitting verk... abonneren of dit artikel kopen.