Tijdschrift voor Agrarisch Recht 2002 nr. 12

Agrarische bedrijfswoning

mr. L.J. van Pelt*

n deze bijdrage1 geef ik een toelichting op verschillende aspecten van agrarische bedrijfswoningen. Onder meer zal worden ingegaan op de rol van bestemmingsplannen en de mogelijkheden van handhaving. 1. Regeling agrarische bedrijfswoningen in bestemmingsplannen Kenmerkend voor het buitengebied is het open karakter zonder of met beperkte bebouwing ter plaatse. Een weidse blik en fraaie doorzichten zijn zaken die het wonen in het buitengebied zo geliefd maken. In toenemende mate ontstaat er dan ook een druk op

Artikel kopen € 79,00 excl. BTW

In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.

het buitengebied waardoor de kenmerkende openheid in gevaar komt. De overheden en met name de provincies zijn dan ook uiterst kritisch om nieuwbouwmogelijkheden toe te staan. Het provinciale beleid is er op gericht om de agrarische-, natuur- en landschapsfunctie te handhaven en daar waar mogelijk te versterken. Het is nauwelijks mogelijk om niet-agrarische nieuwbouw in het buitengebied te realiseren. De prijzen van bestaande agrarische bedrijfswoningen zijn dan ook de laatste jaren fors gestegen. Een bijkomstigheid is dat nieuwe zogenaamde burgerwoningen in het buitengebied een beperkte inhoudsmaat mogen hebben (450 m3 tot 600 m3). Ook zijn de uitbreidingsmogelijkheden voor bijgebouwen beperkt. Voor bestaande agrarische woningen gelden deze beperkingen in het algemeen niet. Gelet op de specifieke functie en de ruime kavels worden aan agrarische woningen in het algemeen nog geen beperkingen opgelegd. Wel is de tendens dat niewe agrarische woningen ook beperkt worden in hun inhoudsmaat die overigens wat ruimer is dan de burgerwoning. Bouwaanvragen voor woningen worden veelal getoetst aan de agrarische noodzaak van de betreffende woning. Gemeenten schakelen hiervoor veelal externe adviesbureaus in. Vervolgens worden adviezen uitgebracht waarin de volwaardigheid van het bedrijf wordt beoordeeld. Het komt wel eens voor dat het advies geen rekening houdt met de bestemmingsplanvoorschriften waarin criteria worden genoemd om de volwaardigheid te bepalen. Met name in oude bestemmingsplannen worden de criteria in het plan zelf aangegeven. Dat het opnemen van een bouwmogelijkheid in een bestemmingsplan niet altijd hoeft te leiden tot het kunnen realiseren van de woning blijkt wel uit de casus “Zoetermeerse Meerpolders” (ABRvS 1 mei 2002, nr. 200100775/1). In het betreffende bestemmingsplan werd een agrarische bedrijfswoning bij een niet-volwaardig agrarisch bedrijf mogelijk gemaakt. Een derde was het met genoemde bouwmogelijkheid niet eens. De Afdeling achtte het standpunt dat geen sprake is van een wezenlijke aantasting van het provinciaal beleid verdedigbaar. De Afdeling heeft echter verder gekeken en heeft geconstateerd dat sprake is van een afsplitsing. Er was bij het betreffende bedrijf een woning afgesplitst en omgezet tot burgerwoning. Het zou strijdig zijn met het beleid om in dit geval de bouw van een nieuwe bedrijfswoning mogelijk te maken. De Afdeling komt dan tot de volgende uitspraak: “… gelet op het vorenstaande hebben verweerders zich niet in redelijkheid op het standpunt kunnen stellen dat in het plan in zoverre een bedrijfswoning op het perceel wordt mogelijk gemaakt niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening. Door het betreffende plan goed te keuren hebben verweerders gehandeld in strijd met artikel 28 WRO in samenhang met artikel 10.27 Awb.”

U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.

Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.


Deel deze pagina:

Nog niet beoordeeld

Bijlage(n)

  • Bijlagen zijn alleen beschikbaar voor abonnees.

Artikel informatie

Type
Artikel
Auteurs
mr. L.J. van Pelt*
Auteursvermelding
Ik ben auteur van dit artikel
Datum artikel
Uniek Den Hollander publicatienummer
UDH:TvAR/5603

Verder in 2002 nr.12

 De gewijzigde Woningwet. Over bouwvergunningsvrije, licht-bouwvergunningplichtige en regulier-bouwvergunningplichtige bouwwerken

Op 1 januari 2003 treedt een belangrijke wijziging van de Woningwet in werking.1 Met de wijziging wordt beoogd de regelgeving over het bouwen te vereenvoudigen en het welstandstoezi...

 Agrarische bedrijfswoning

n deze bijdrage1 geef ik een toelichting op verschillende aspecten van agrarische bedrijfswoningen. Onder meer zal worden ingegaan op de rol van bestemmingsplannen en de mogelijkheden van handhav...

 Rechtspraak goederenrecht V. Beperkte rechten; veiligheidsaspecten

In deze vijfde aflevering breng ik rechtspraak bijeen over enkele financiële aspecten van erfpacht, een vruchtgebruikobject met melkquotum, wijzen van ontstaan en gevallen van wijzi...