Tijdschrift voor Financieel Recht 2006 nr. 10

Europese Commissie evalueert Hague Securities Convention: met grote stappen snel thuis?

prof. mr. W.A.K. Rank en mr. B. Bierman

Eind 2002 werd in het kader van de Haagse Conferentie voor IPR overeenstemming bereikt over de tekst van de Convention on the Law Applicable to Certain Rights in Respect of Securities Held with an Intermediary (Hague Securities Convention) (hierna: het ‘Verdrag’)1, dat voorziet in conflictrechtelijke regels ten aanzien van het beschikken over effecten die door of via een effectenbewaarinstelling worden gehouden2. Kort gezegd bepaalt het Verdrag dat het recht dat van toepassing is op deze beschikkingshandelingen

Artikel kopen € 79,00 excl. BTW

In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.

het recht is dat van toepassing is op de rekeningovereenkomst tussen de rekeninghouder en de relevante effectenbewaarinstelling. De keuze van dit recht staat de contractspartijen in beginsel vrij, zodat ook ten aanzien van eerder genoemde beschikkingshandelingen in beginsel sprake is van vrijheid van rechtskeuze. Deze ‘law of the relevant account agreement’-benadering verschilt wezenlijk van de in recente EU-regelgeving gevolgde benadering met betrekking tot de vraag welk recht op dergelijke beschikkingshandelingen van toepassing is. In deze regelgeving wordt er steeds van uitgegaan dat het recht dat van toepassing is het recht is van het land van de relevante effectenbewaarinstelling (‘place of the relevant intermediary approach’, de zogenaamde ‘PRIMA-regel’)3. Mede door de totaal andere invalshoek van het Verdrag, maar ook door de vrees dat de nieuwe benadering zal leiden tot een situatie waarin Angelsaksisch recht de boventoon zal gaan voeren, is het Verdrag zwaar bekritiseerd. Onder de criticasters bevindt zich met name de Europese Centrale Bank4. Op 15 december 2003 heeft de Europese Commissie (de ‘Commissie’) een voorstel bij de Raad neergelegd ter ondertekening van het Verdrag. Dit is mogelijk door het met het oog op de Europese Gemeenschap in het Verdrag opgenomen artikel 18, dat bepaalt dat een ‘regionale organisatie voor economische integratie’ het Verdrag kan ondertekenen. Vanwege de ophef die omtrent het Verdrag is ontstaan, was er in het voorjaar van 2005 voor het aanvankelijk in EU-verband breed gekoesterde voornemen om het Verdrag door de Europese Gemeenschap en/of de lidstaten te laten ondertekenen weinig draagvlak meer over en werd de roep om een evaluatie van de voor- en nadelen van (ondertekening van) het Verdrag steeds luider. Met het oog daarop heeft de Raad op 23 juni 2005 de Commissie gevraagd zich een oordeel te vormen over vier juridische kwesties. Deze kwesties betreffen: 1. de reikwijdte van het Verdrag; 2. de rechten van derden onder het Verdrag; 3. de consequenties van het Verdrag voor bestaande materieel- en publiekrechtelijke regels betreffende effectenmarkten, en 4. de toepasselijkheid van verschillende rechtstelsels binnen een en hetzelfde effectenafwikkelingssysteem. Op 3 juli 2006 verscheen het rapport van de staf van de Commissie (het ‘Rapport’) met een beantwoording van bovenstaande vragen5, welk rapport de Europese Commissie blijkens een persbericht van 5 juli 2006 tot het hare heeft gemaakt6. Hieronder volgt eerst een korte bespreking van deze juridische kwesties en een samenvatting van de visie van de Commissie ten aanzien daarvan. Vervolgens zullen wij onze mening geven over het standpunt van de Commissie

U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.

Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.


Deel deze pagina:

Nog niet beoordeeld

Bijlage(n)

  • Bijlagen zijn alleen beschikbaar voor abonnees.

Artikel informatie

Type
Artikel
Auteurs
prof. mr. W.A.K. Rank en mr. B. Bierman
Auteursvermelding
Ik ben auteur van dit artikel
Datum artikel
Uniek Den Hollander publicatienummer
UDH:FR/514

Verder in 2006 nr.10

 Verantwoorde kredietverlening aan consumenten

1. Kredietverlening aan consumenten staat volop in de maatschappelijke en politieke belangstelling. De op 1 januari 2006 van kracht geworden Wet financiële dienstverlening (‘Wfd’)1 bevat onder m...

 Europese Commissie evalueert Hague Securities Convention: met grote stappen snel thuis?

Eind 2002 werd in het kader van de Haagse Conferentie voor IPR overeenstemming bereikt over de tekst van de Convention on the Law Applicable to Certain Rights in Respect of Securities Held with ...

 Rondom het nieuws; Adempauze

‘Banken vragen om adempauze toezicht’ luidde de titel van een artikel in Het Financieele Dagblad d.d. 22 september 2006. Het artikel refereert aan het verzoek van de NVB aan de Minister van Fina...