Samenwerkingsvormen in de landbouw. Verslag van de jaarvergadering van de Vereniging voor Agrarisch Recht
Mr. D.L. Rodrigues Lopes
In 1964 schreef ik voor de eerste keer het verslag van de jaarlijkse wetenschappelijke ontmoeting
van de Vereniging voor Agrarisch Recht. Het onderwerp was 'Samenwerkingsvormen
in de landbouw' en betrof vooral samenwerking op grote schaal, zodat vooral
veel te doen was over de naamloze vennootschap (na 1972 de grote besloten vennootschap
met beperkte aansprakelijkheid) en coöperatieve vereniging (thans coöperatie). Nu
schrijf ik voor de dertigste maal het verslag en is het onderwerp vrijwel gelijkluidend,
doch gaat
Artikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
het juist om de kleine schaal, die van het gezin. Het aantal deelnemers te Bilthoven
op 19 mei 1993 is ruim tachtig, van wie slechts weinigen daadwerkelijk deelnemen,
terwijl de overigen aandachtig luisteren.
Als preadviseurs treden op mr. drs. H. de Groot (universitair hoofddocent Universiteit
van Amsterdam) voor het privaatrechtelijke gedeelte en mr. H.M. Dicou (kandidaat-notaris,
binnenkort notaris, te Breda) voor het fiscaalrechtelijke gedeelte. De Groot houdt zich
vooral bezig met de ouder/kind-maatschap (als tussenfase in de bedrij f so verdracht) en
met de man/vrouw-fïrma, Dicou beperkt zich tot die firma. Beiden verbazen zich erover
dat de commanditaire vennootschap als samenwerkingsvorm in het familiebedrijf nagenoeg
geen toepassing vindt. Er zijn drie uitvoerige interventies georganiseerd, van mr. J.J.A. de Groot, mr. P.H.F.
Remie, mr. W.B.M. Engels en mr.drs. P.A. de Hoog (in dit nummer integraal opgenomen)
en enkelen treden spontaan op. Allen zijn vol lof over de preadviezen en geven daarmee
niet alleen blijk van goede wetenschappelijke manieren, want zij voegen nauwelijks iets
toe aan de preadviezen. Het verslag kan dan ook kort zijn.
Een van de belangrijkste vraagstukken betreft de verhouding tussen huwelijksvermogensrecht
en vennootschapsrecht. In hoeverre moet het eerste voor het tweede wijken? In
het preadvies van De Groot komt vooral de bestuursregeling en de inbreng aan de orde.
Ook blijkt veel interesse te bestaan voor een mogelijke collisie van vennootschapsrecht
en pachtrecht, alsmede van vennootschapsrecht en erfrecht (met name rechten van legitimarissen-
niet-bedrijfsopvolgers).
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.