Tijdschrift voor Huurrecht Bedrijfsruimte
2010 nr. 6
Jurisprudentiebespreking nr. 21. Schroth / mr. Berendsen q.q. (TvHB 2010/21)
Prof. mr. A.W. Jongbloed2
Artikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
Samenvatting Is surseance van betaling aan een huurder verleend dan kan, nadat een eerder verstrekte bankgarantie is uitgewonnen, niet wederom aanspraak worden gemaakt op het stellen van een bankgarantie. Zou een nieuwe bankgarantie worden gesteld dan zou die kunnen worden uitgewonnen en de verhuurder betaling krijgen, terwijl in de surseance alle vorderingen naar rato van de hoogte moeten worden voldaan. Bovendien vormt de huurachterstand na de datum van de surseance een boedelschuld die in beginsel integraal moet worden voldaan. In dit geval is duidelijk dat de huurovereenkomst binnen enkele weken zal eindigen en de huurder enige tijd nodig heeft voor de geplande ontruiming. Met een eerdere ontruiming wordt geen recht gedaan aan de ontruimingstermijn waaraan de huurder behoefte heeft. Bovendien heeft de verhuurder onvoldoende belang bij een eerdere ontruiming, omdat wel wordt gesteld dat er een potentiële huurder is, maar er nog geen huurovereenkomst is gesloten.
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.
Bijlage(n)
- Bijlagen zijn alleen beschikbaar voor abonnees.
VoorwoordMrs. Eeken en Van der Hilst bespreken in het eerste artikel van dit tijdschrift wat de gevolgen van artikel 1 van het Eerste Protocol bij het EVRM kunnen zijn voor het huurrecht. In dit artikel is...
Brandpreventie: wie betaalt? II
In TvHB nummer 2 van maart/april 2007, ruim drieënhalf jaar geleden, verscheen het artikel van mr. H.J. Moné1; ‘Brandpreventie: wie betaalt?’2 Omdat sindsdien belangrijke bestuursrec...
JurisprudentieoverzichtJurisprudentieoverzicht betreffende voor de verhuur van bedrijfsruimte relevante uitspraken gepubliceerd – of aan de redactie ter hand gesteld – in de periode 22 augustus 2010 t/m 2 november 2010.