Tijdschrift voor Sanctierecht & Onderneming Straf- en bestuursrechtelijke handhaving van financieel-economisch recht 2012 nr. 5

De invloed van betrokkenen op de Bibob-procedure

mr. E.A.W. Driest-Schellaars en mr. R. Croes-Hoogendoorn*

Op 14 maart jl. vond het Kamerdebat plaats over het wetsvoorstel Evaluatie- en uitbreidingswet Bibob (Evaluatiewet Bibob) en in juli is de memorie van antwoord verschenen.1 Tijdens die behandeling werd door de Kamerleden Dibi (GroenLinks) en Berndsen (D66) een motie ingediend om te onderzoeken ‘hoe de rechtsbeschermende werking van bezwaar- en beroepsmogelijkheden in Bibob-procedures versterkt kan worden’.2 Tijdens het Kamerdebat gaf minister Opstelten al duidelijk aan dat hij voor een dergelijk onderzoek geen aanleiding ziet.

Artikel kopen € 79,00 excl. BTW

In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.

Op eerdere vragen van Kamerleden of de uitbreiding van de rechtsbescherming in het wetsvoorstel wel voldoende is, antwoordde Opstelten met een eenvoudig ‘Ja, anders was ik niet met dit wetsvoorstel gekomen’, gevolgd door de stelling dat het wetsvoorstel de rechtsbescherming ‘in voldoende mate’ zou uitbreiden. Ter onderbouwing hiervan werd door Opstelten de beoogde aanpassing aangehaald dat de betrokkene voortaan over een afschrift van het Bibob-advies kan beschikken. Op 20 maart jl. werd de motie van Dibi en Berndsen verworpen.3 In dit artikel zullen wij allereerst (kort) het doel en de reikwijdte van de Wet Bibob schetsen (paragraaf 2), om vervolgens met name stil te staan bij de vraag hoe de huidige rechtsbescherming van betrokkenen in een Bibob-procedure eruit ziet, opgesplitst in de voorfase (de fase tot aan het recht op inzage) en de door ons genoemde (ontwerp)besluitfase (paragraaf 3). Daarna beoordelen wij of de Evaluatiewet Bibob de rechtsbescherming van de betrokkenen (inderdaad) in voldoende mate uitbreidt (paragraaf 4). Ten slotte geven wij enkele praktische tips voor betrokkenen om – ondanks de wettelijke beperkingen – toch zoveel mogelijk invloed op het Bibob-traject te kunnen uitoefenen (paragraaf 5).

U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.

Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.


Deel deze pagina:

Nog niet beoordeeld

Bijlage(n)

  • Bijlagen zijn alleen beschikbaar voor abonnees.

Artikel informatie

Type
Artikel
Auteurs
mr. E.A.W. Driest-Schellaars en mr. R. Croes-Hoogendoorn*
Auteursvermelding
Ik ben auteur van dit artikel
Datum artikel
Uniek Den Hollander publicatienummer
UDH:TvSO/10196

Verder in 2012 nr.5

 Redactioneel

Strafrechtklimaat als slachtoffer van symboolpolitiek Misdaad mag niet lonen. Een waarheid als een koe die niemand, behalve de geplukte crimineel, zal willen miskennen. Het afpakken van crimineel...

 Column. Geen bestuurlijke lus bij de bestuurlijke boete!

Binnen de kaders van dit tijdschrift, dat ziet op zowel bestuursrechtelijke als strafrechtelijke handhaving van regelgeving (publiek sanctierecht) en compliance staan regelmatig de overeenkomste...

 De invloed van betrokkenen op de Bibob-procedure

Op 14 maart jl. vond het Kamerdebat plaats over het wetsvoorstel Evaluatie- en uitbreidingswet Bibob (Evaluatiewet Bibob) en in juli is de memorie van antwoord verschenen.1 Tijdens...

 Bestraffing of (toch) voordeelontneming?

Met de aftrekuitsluiting voor geldboeten (art. 3.14 lid 1, onderdeel c, Wet IB 2001) heeft de wetgever punitieve sancties van aftrek willen uitsluiten. Daarbij heeft hij onder meer...

 Elk voordeel heeft zijn nadeel. Ontneming van wederrechtelijk voordeel leidt tot fiscaal nadeel?!

Ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel staat hoog op de politieke agenda en staat daarmee ook hoog op de prioriteitenlijst van het Openbaar Ministerie. Ook heeft de Europ...

 Actualiteiten

Wet- en regelgeving