Tijdschrift voor Huurrecht Bedrijfsruimte 2013 nr. 5

Verjaring van de vorderingtot vernietiging en hetsemi-dwingende huurrecht. Wanneer komt een beroep op vernietiging ‘ten dienste’ van huurder te staan?

mr. S.V.M. Stevens*

Op grond van art. 3:52 lid 1 sub d BW verjaart de rechtsvordering tot vernietiging van een bepaling die strijd oplevert met het semi-dwingende huurrecht na verloop van drie jaar nadat het beroep op vernietiging aan huurder ‘ten dienste is komen te staan’. In zijn ar­rest van 9 augustus 2013 ( ECLI:NL:HR:2013:BZ9951 ) oordeelde de Hoge Raad over de vraag wanneer een beroep

Artikel kopen € 79,00 excl. BTW

In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.

op vernietiging op grond van art. 7:291 lid 1 BW ten dienste komt te staan aan huurder. De uitkomst van het arrest lijkt op gespannen voet te staan met het semi-dwingende karakter van het huurrecht. Inleiding De casus was als volgt. Gulf huurde een bedrijfsruimte van Stern met ingang van 1 januari 2000, voor de duur van tien jaar. De huurovereenkomst bevatte een eenzijdige optie voor huurder om de huurovereenkomst met tien jaar te verlen­gen. De huurovereenkomst bevatte voorts een beding dat de huurprijsaanpassingsprocedure van art. 7:303 BW uit­sloot voor de gehele optieperiode. De huurprijs zou niet eer­der dan in 2019 vatbaar zijn voor huurprijsherziening. Gulf startte in weerwil van dit beding toch eerder een huurprijs­aanpassingsprocedure. In de verzoekschriftprocedure op de voet van art. 7:304 BW bepleitte Stern niet-ontvankelijk­heid van Gulf, met een beroep op het beding. Gulf deed ver­volgens een beroep op vernietiging van de betreffende be­paling, vanwege strijd met het semi-dwingende huurrecht.1 Tegen die vernietiging verweerde Stern zich met een beroep op verjaring van de bevoegdheid tot vernietiging, op grond van art. 3:52 lid 1 onder d BW. Dat artikel bepaalt dat de vordering tot vernietiging verjaart drie jaar nadat de vorde­ring aan degene die zich erop wenst te beroepen ‘ten dienste is komen te staan’. Kort gezegd is de vraag in deze zaak wanneer de vordering tot vernietiging van een beding dat afwijkt van 7:303 BW - en dus vernietigbaar is op grond van art. 7:291 lid 1 BW – aan de huurder ‘ten dienste is komen te staan’.2 Begint de verjaringstermijn te lopen meteen na het aangaan van de huurovereenkomst, of pas als de verhuurder een beroep doet op de vernietigbare bepaling? Naar het oordeel van het hof in het bestreden arrest begon de verjaringstermijn pas te lo­pen op het moment dat Stern een beroep deed op het be­ding dat huurprijsherziening uitsloot. Het hof zocht daartoe aansluiting bij de art. 7:614 en 6:235 lid 4 BW. Die artike­len bepalen respectievelijk voor de arbeidsovereenkomst en voor algemene voorwaarden dat de vernietigingsbevoegd­heid pas ten dienste staat (en derhalve de verjaringstermijn pas gaat lopen) als een beroep op de vernietigbare bepalin­gen is gedaan. Het verschil is evident: als de verjaringster­mijn van een beroep op vernietiging van een beding dat af­wijkt van art. 7:303 BW al gaat lopen op het moment dat de huurovereenkomst wordt aangegaan, zal de huurder binnen drie jaar na het aangaan van de huurovereenkomst deze ver­jaring zekerheidshalve moeten stuiten, terwijl de materie in het geheel (nog) niet aan de orde is. Als huurder niet tijdig de verjaring stuit, verloopt de verjaringstermijn ongemerkt.

U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.

Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.


Deel deze pagina:

Nog niet beoordeeld

Bijlage(n)

  • Bijlagen zijn alleen beschikbaar voor abonnees.

Artikel informatie

Type
Artikel
Auteurs
mr. S.V.M. Stevens*
Auteursvermelding
Ik ben auteur van dit artikel
Datum artikel
Uniek Den Hollander publicatienummer
UDH:TvHB/10747

Verder in 2013 nr.5

  Voorwoord

Het Tijdschrift voor Huurrecht Bedrijfsruimte bestaat bijna 10 jaar en om dat te vieren zal op 12 november 2013 in kasteel De Wittenburg in Wassenaar het seminar ‘Speerpunten in het huurrecht bedri...

 Het belang van invoeringvan de Warmtewet per1 januari 2014 voor de verhuur van bedrijfsruimte

Op 1 januari 2014 treedt de Warmtewet in werking.1 De Warmtewet kent een langdurige en roerige geschiedenis. Het eerste wetsvoorstel2 werd weliswaar aangenomen, maar is nooit ingevoerd. ...

 Verjaring van de vorderingtot vernietiging en hetsemi-dwingende huurrecht. Wanneer komt een beroep op vernietiging ‘ten dienste’ van huurder te staan?

Op grond van art. 3:52 lid 1 sub d BW verjaart de rechtsvordering tot vernietiging van een bepaling die strijd oplevert met het semi-dwingende huurrecht na verloop van drie jaar nadat het beroep op...

 Een analyse van hetbestaansrecht van het recht van erfpacht

Felicitaties pleegt men – los van op verjaardagen en ande­re jubilea – te krijgen als men een mooi resultaat heeft be­haald: een promotie, een gewonnen zaak, een publicatie met een hoog ...

 Schadevergoeding in geval van een gebrek bij de verhuur van bedrijfsruimte

Het ‘nieuwe’ huurrecht is alweer tien jaar geleden, per 1 au­gustus 2003, in werking getreden. Het meest vernieuwende element daarvan ten opzichte van de oude regeling is de ge­brekenreg...