Tijdschrift voor Financieel Recht 2013 nr. 11

‘Schade’ beperken met een voorbehouden pandrecht? Reactie op Rongen in FR 2013, nr.1/2

mr. M.R.J. Linck*

Artikel kopen € 79,00 excl. BTW

In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.

In zijn arrest van 6 april 2012 (ASR/Achmea)1 overwoog de Hoge Raad dat de wettelijke regresvordering van een hoof­delijk verbonden schuldenaar pas ontstaat op het moment dat deze de schuld voldoet voor meer dan het gedeelte dat hem aangaat. Daarmee is vast komen te staan dat een ver­panding bij voorbaat van dit type wettelijke regresvorderin­gen ten gevolge van art. 3:35 (2) Fw geen werking heeft in faillissement van de hoofdelijk verbonden schuldenaar, voor zover de hoofdelijk verbonden schuldenaar pas op of na de dag van diens faillietverklaring wordt aangesproken onder diens hoofdelijke verbondenheid voor meer dan het gedeel­te dat hem aangaat. Hoofdelijke verbondenheid doet zich vaak voor bij concern­financieringen en leidt in de regel tot het ontstaan van on­derlinge vorderingen uit hoofde van regres en subrogatie tussen de concernmaatschappijen onderling. In een eerdere editie van dit tijdschrift gaat Rongen2 in op dit type regres- en subrogatievorderingen en beschrijft hij de consequenties van dit arrest voor onder meer het verbreken van intra-groep schuldverhoudingen bij concernfinancieringen. Naar aanlei­ding van de interessante bijdrage van Rongen permitteer ik mij een aanvulling te doen op de door Rongen genoemde al­ternatieven voor verpanding bij voorbaat van subrogatie­vorderingen. Ik zal in deze reactie ingaan op een ten aanzien van subrogatievorderingen potentieel interessant alternatief dat door Rongen niet wordt besproken: het voorbehouden van een pandrecht.

U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.

Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.


Deel deze pagina:

Nog niet beoordeeld

Bijlage(n)

  • Bijlagen zijn alleen beschikbaar voor abonnees.

Artikel informatie

Type
Artikel
Auteurs
mr. M.R.J. Linck*
Auteursvermelding
Ik ben auteur van dit artikel
Datum artikel
Uniek Den Hollander publicatienummer
UDH:FR/10818

Verder in 2013 nr.11

  Kerstcadeautjes

Vorig jaar verscheen op 28 december 2012 in het Staatsblad het Wijzigingsbesluit financiële markten 2013 met daarin onder meer de bankierseed, het provisieverbod voor hypotheken en levensverzekerin...

 De verhouding tussenEMIR en het MiFIR-voorstel:over de clearing- en dehandelsverplichting

Het staat buiten kijf dat in de derivatenmarkt grote financië­le belangen spelen. Een belangrijk deel van de derivatencon­tracten komt over-the-counter tot stand (hierna otc-derivaten...

 Voorstel herziene richtlijnbetaaldiensten en toegang tot de betaalrekening. Betalingsinitiatie- en rekeninginformatiediensten gereguleerd

Geef uw pincode nooit aan anderen! Met deze zin waarschu­wen de Nederlandse banken al jaren tegen betaalfraude. Op grond van de Algemene Bankvoorwaarden is de rekeninghouder ook verpl...

 ‘Schade’ beperken met een voorbehouden pandrecht? Reactie op Rongen in FR 2013, nr.1/2

In zijn arrest van 6 april 2012 (ASR/Achmea)1 overwoog de Hoge Raad dat de wettelijke regresvordering van een hoof­delijk verbonden schuldenaar pas ontstaat op het moment dat deze de schuld voldoet...

 Nieuws

In deze rubriek worden ontwikkelingen op het terrein van het effectenrecht en ander financieel recht gesig­naleerd die betrekking hebben op de periode van eind september 2013 tot eind oktober 2013

 Rondom het nieuws. Spoedwet AlgemeneRekenkamer: haastige spoed is zelden goed

Op 10 september 2013 stuurde minister Dijsselbloem van Financiën de zogenaamde Spoedwet Algemene Reken­kamer naar de Tweede Kamer.1 Met dit wetsvoorstel wil de minister het mogelijk maken dat de Ne...