Tijdschrift voor Huurrecht Bedrijfsruimte 2013 nr. 4

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, locatie Leeuwarden, 23 april 2013, LJN BZ8750 (huurprijs, execu-tiegeschil)

De huurder huurt bedrijfsruimte ter exploitatie van een wokrestaurant. Er zijn betalingsachterstanden ontstaan. De kantonrechter heeft de huurder veroordeeld tot betaling van de achterstallige huurpenningen en dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Tegen dit vonnis is door de huurder hoger beroep ingesteld. Desalniettemin heeft de verhuurder executoriaal beslag gelegd onder de bank, alsmede op de inventaris van de huurder. Hierop is de huurder een executie kort geding gestart. De voorzieningenrechter heeft de verhuurder bevolen de executiemaatregelen

Artikel kopen € 79,00 excl. BTW

In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.

jegens de huurder op te heffen, totdat in hoger beroep op de vorderingen is beslist. Hiervan komt de verhuurder in hoger beroep. Het hof stelt voorop dat volgens vaste rechtspraak de tenuitvoerlegging van een vonnis slechts wordt geschorst indien de rechter van oordeel is dat de executant, mede gelet op de belangen aan de zijde van de geëxecuteerde die door de executie zullen worden geschaad, geen in redelijkheid te respecteren belang heeft bij gebruikmaking van zijn bevoegdheid om tot tenuitvoerlegging over te gaan. Dat zal het geval kunnen zijn indien het te executeren vonnis klaarblijkelijk op een juridische of feitelijk misslag berust of indien de tenuitvoerlegging op grond van na het vonnis voorgevallen of aan het licht gekomen feiten klaarblijkelijk aan de zijde van de geëxecuteerde een noodtoestand zal doen ontstaan, waardoor een onverwijlde tenuitvoerlegging niet kan worden aanvaard. Het hof overweegt dat een door de kantonrechter gemaakte fout in de bewijswaardering, wat er van de juistheid van die stelling daarvan verder ook zij, geen feitelijke of juridische misslag oplevert in de hierboven vermelde zin. Het hof vernietigt het vonnis van de voorzieningenrechter en wijst de vordering van de huurder tot opheffing van de executiemaatregelen af.

U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.

Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.


Deel deze pagina:

Nog niet beoordeeld

Bijlage(n)

  • Bijlagen zijn alleen beschikbaar voor abonnees.

Artikel informatie

Type
Actualia
Auteursvermelding
Ik ben auteur van dit artikel
Datum artikel
Uniek Den Hollander publicatienummer
UDH:TvHB/11224

Verder in 2013 nr.4

  Voorwoord

Drs. B.M. Bakker, dhr. T. Bethlehem en dhr. M. Boonen besteden in hun artikel aandacht aan de wijze waarop trends in de retailmarkt de processen rondom huurprijsherziening beïnvloe­den. De economis...

 Huurprijsherziening in de praktijk: de invloed van trends

Huurprijsherzieningen voor art. 7:290 BW bedrijfsruim­te worden in de praktijk gekenmerkt door diverse trends in de retailmarkt en momenteel laten deze trends een sterke in­vloed zien...

 Anticiperen op cassatie aan de hand van een vijftal recente huurarresten

Zonder nu meteen schaamteloze reclame te willen maken voor Legal Intelligence (ik heb geen aandelen), leert een paar keer eenvoudig ‘filteren’1 met dat programma dat 60 van de in 2010...

 Het Besluit kleine herstellingen. Voor woonruimte geldt het Besluit kleine herstellingen. Zou de wetgever ook voor middenstandsbedrijfsruimte een dergelijke regeling vast moeten stellen?

In dit artikel gaat het om de vraag of de wetgever ook voor 290-bedrijfsruimte een regeling als het ‘Besluit klei­ne herstellingen’ op moet stellen. Na bespreking van de achtergrond van deze regeli...

 Huurvorderingen infaillissement anno 2013

Bij het faillissement van de huurder van een bedrijfsruim­te ziet de verhuurder zijn rechtspositie ten opzichte van de huurder drastisch veranderen. Waar de verhuurder voor fail­lisse...

 Actualiteiten

Wet- en Regelgeving