Rechtbank Amsterdam, sector kanton, locatie Amsterdam, 8 februari 2013, LJN BZ1145 (gebrek, exoneratiebeding)
De huurders huren een opslagruimte van de verhuurder. Als gevolg van brand ontstaat er schade aan de opgeslagen goederen. In de algemene voorwaarden is een exoneratiebeding ten behoeve van de verhuurder opgenomen. De huurders stellen dat de algemene voorwaarden niet ter hand zijn gesteld en dat het exoneratiebeding overigens onredelijk bezwarend is. De huurders hebben een machtiging getekend waarin onder meer is vermeld dat zij hebben kennisgenomen van de algemene bepalingen. Het tegendeel is niet aannemelijk
Artikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
geworden, zodat ervan uit wordt gegaan dat de algemene voorwaarden ter hand zijn gesteld. Voorts oordeelt de rechtbank dat het vermoeden ex art. 6:237 sub f BW (grijze lijst) dat het exoneratiebeding als onredelijk bezwarend moet worden aangemerkt, voldoende is weerlegd door de verhuurder. Hiertoe wordt overwogen dat het voor de verhuurder onmogelijk was op een economisch verantwoorde wijze een collectieve verzekering te sluiten voor zijn huurders omdat hij geen inzicht had in de waarde van hetgeen door deze huurders in het gehuurde werd opgeslagen. Daarnaast heeft de verhuurder aannemelijk gemaakt dat de vraag of door de huurder een inboedelverzekering gesloten moest worden, deel uit maakte van het standaardprotocol dat leidde tot het tot stand komen van een huurovereenkomst. Van grove schuld of een ernstig nalaten van de verhuurder ten aanzien van de staat van het gehuurde is evenmin gebleken. Het beroep van de verhuurder op het exoneratiebeding slaagt derhalve en de vorderingen van de huurder worden afgewezen.
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.
