Rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem 19 april 2013, LJN BZ8308 (beëindiging, afwijkende bedingen)
De huurder exploiteert een sportwinkel in een pand dat hij van de verhuurder huurt. De huurder is tevens een licentieovereenkomst aangegaan met de verhuurder. Hierin is bepaald, dat opzegging van de licentieovereenkomst mede de opzegging van de huurovereenkomst tot gevolg heeft. De verhuurder heeft de licentieovereenkomst opgezegd omdat de huurder in verzuim was ten aanzien van de betaling van openstaande facturen. De verhuurder vordert primair ontruiming van het gehuurde en subsidiair dat de huurder ervoor zorgt
Artikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
dat bij het exploiteren van de winkel niets meer zal herinneren aan de licentieformule. De huurder vordert in reconventie veroordeling van de verhuurder tot nakoming van zowel de licentie- als de huurovereenkomst. De voorzieningenrechter stelt voorop dat in art. 7:291 BW is bepaald dat van de wettelijke bepalingen betreffende huurovereenkomsten voor bedrijfsruimte niet ten nadele van de huurder kan worden afgeweken, tenzij de rechter daarvoor toestemming heeft verleend. In de licentieovereenkomst is de verhuurder gemachtigd mede namens de huurder te verzoeken om toestemming voor de bepaling die inhoudt dat bij beëindiging van de licentieovereenkomst ook de huurovereenkomst eindigt. Nu vast staat dat nimmer om die toestemming is gevraagd, komt de verhuurder geen beroep op deze bepaling toe. Nu niet te verwachten valt dat de bodemrechter de opzegging van de huurovereenkomst en de licentieovereenkomst rechtsgeldig zal achten, moet de huurder in staat worden gesteld de exploitatie van de winkel voort te zetten.
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.