Tijdschrift voor Huurrecht Bedrijfsruimte 2013 nr. 5

Gerechtshof Amsterdam 7 mei 2013, LJN CA1751 (beëindiging, opzegging, dwaling, misbruik van omstandigheden)

Bij een politie-inval in de gehuurde woning is een XTC laboratorium aangetroffen. Twee medewerkers van de verhuurder hebben de huurder opgezocht op het politiebureau en hem een verklaring van vrijwillige huuropzegging laten tekenen. Tevens heeft de huurder per handgeschreven briefje een familielid gemachtigd om de huur af te handelen. De verhuurder vordert in kort geding ontruiming van het gehuurde en betaling van een vergoeding voor gebruik van het gehuurde tot aan de dag van de ontruiming.

Artikel kopen € 79,00 excl. BTW

In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.

Hij heeft hieraan ten grondslag gelegd dat de huurder de huurovereenkomst rechtsgeldig heeft opgezegd maar weigert de woning te verlaten c.q. dat de terkortkomingen van de huurder ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming rechtvaardigen. De voorzieningrechter heeft de vordering toegewezen. In hoger beroep voert de huurder aan dat hij (nog) niet is veroordeeld voor het vervaardigen van XTC en dat de verhuurder het proces-verbaal van de politie onrechtmatig heeft verkregen, zodat de voorzieningenrechter geen acht had mogen slaan op dit feitencomplex. Voorts beroept hij zich op dwaling en misbruik van omstandigheden ten aanzien van zijn verklaring van vrijwillige huuropzegging. Het hof overweegt dat de vraag of de huurder zich schuldig heeft gemaakt aan het vervaardigen van XTC in het midden kan blijven, omdat de huurder de huurovereenkomst vrijwillig heeft opgezegd. Daartoe wordt overwogen dat de huurder zich in deze niet kan beroepen op dwaling, aangezien uit het handgeschreven briefje alsmede de overige stukken moet worden opgemaakt dat de huurder zich er voldoende van bewust was dat hiermee de huurovereenkomst door hem was opgezegd. Voorts is niet aannemelijk dat de huurder tot de opzegging is gekomen onder invloed van het feit dat hij zich in voorlopige hechtenis bevond. Wel is aannemelijk dat de huurder is beïnvloed door de voorspelling van de zijde van de verhuurder dat een beëindigingprocedure voor hem tot hoge kosten zou leiden, maar dit kan niet als misbruik van omstandigheden worden aangemerkt. Het hof bekrachtigt het vonnis van de voorzieningenrechter.

U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.

Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.


Deel deze pagina:

Nog niet beoordeeld

Bijlage(n)

  • Bijlagen zijn alleen beschikbaar voor abonnees.

Artikel informatie

Type
Actualia
Auteursvermelding
Ik ben auteur van dit artikel
Datum artikel
Uniek Den Hollander publicatienummer
UDH:TvHB/11243

Verder in 2013 nr.5

  Voorwoord

Het Tijdschrift voor Huurrecht Bedrijfsruimte bestaat bijna 10 jaar en om dat te vieren zal op 12 november 2013 in kasteel De Wittenburg in Wassenaar het seminar ‘Speerpunten in het huurrecht bedri...

 Het belang van invoeringvan de Warmtewet per1 januari 2014 voor de verhuur van bedrijfsruimte

Op 1 januari 2014 treedt de Warmtewet in werking.1 De Warmtewet kent een langdurige en roerige geschiedenis. Het eerste wetsvoorstel2 werd weliswaar aangenomen, maar is nooit ingevoerd. ...

 Verjaring van de vorderingtot vernietiging en hetsemi-dwingende huurrecht. Wanneer komt een beroep op vernietiging ‘ten dienste’ van huurder te staan?

Op grond van art. 3:52 lid 1 sub d BW verjaart de rechtsvordering tot vernietiging van een bepaling die strijd oplevert met het semi-dwingende huurrecht na verloop van drie jaar nadat het beroep op...

 Een analyse van hetbestaansrecht van het recht van erfpacht

Felicitaties pleegt men – los van op verjaardagen en ande­re jubilea – te krijgen als men een mooi resultaat heeft be­haald: een promotie, een gewonnen zaak, een publicatie met een hoog ...

 Schadevergoeding in geval van een gebrek bij de verhuur van bedrijfsruimte

Het ‘nieuwe’ huurrecht is alweer tien jaar geleden, per 1 au­gustus 2003, in werking getreden. Het meest vernieuwende element daarvan ten opzichte van de oude regeling is de ge­brekenreg...