Rechtbank
mr. J.M. Winter-Bossink en mr. N. Amiel1Artikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
Rechtbank Amsterdam, sector kanton 29 oktober 2015, ECLI:NL:RBAMS:2015:8076 (onderverhuur, aard korte duur, goedkeuring kantonrechter)
De gemeente heeft aan de huurder een pand verhuurd dat bestemd is voor kunstenaars waarbij uitdrukkelijk is afgesproken dat de huurder ervoor zal zorgen dat de onderhuurovereenkomsten uitdrukkelijk bepalen dat het gaat om een huur die naar zijn aard van tijdelijke duur is. de huurder wil het gesloten huurcontract voor één huurder met een jaar verlengen. De gemeente wil daar echter niet aan meewerken omdat er dan huurbescherming zal ontstaan. Partijen vragen samen aan de kantonrechter een verklaring van recht over de vraag of door de verlenging huurbescherming zal ontstaan. De kantonrechter komt tot het oordeel dat de onderhuurovereenkomst in dit geval niet kan worden gekwalificeerd als huur die naar zijn aard slechts van korte duur is, zoals bedoeld is in art. 7:232 lid 2 BW, maar de kantonrechter oordeelt tevens dat het in dit geval naar ma...
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.