Hof Den Haag , 31 maart 2020 , ECLI:NL:GHDHA:2020:992 (TvHB 2020/17)
K. KeijArtikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
Met noot van K. Keij
Samenvatting
Boete, matiging, rechtsverwerking, schadevergoeding, wettelijke (handels)rente, verrekening
De door de verhuurder gevorderde achterstallige huurpenningen, boete en schadevergoeding worden deels toegewezen. De boete wordt cumulatief berekend. Wel matigt het hof de boete substantieel (van € 13.500,- tot € 1.500,-) vanwege een wanverhouding tussen de boete en de huurachterstand en een wanverhouding tussen de boete en de werkelijke schade. Over de huurachterstand is geen wettelijke (handels)rente verschuldigd, nu niet is afgeweken van art. 6:92 lid 2 BW. Voorts oordeelt het hof dat de verhuurder (stilzwijgend) heeft ingestemd met verrekening van de huur met de waarborgsom door de huurder.
Gerechtshof
[appellant],
gevestigd te [woonplaats 1],
appellant,
advocaat: mr. L.C. Blok te Zoetermeer,
tegen
[geïntimeerde],
geïntimeerde,
advocaat: mr. J.J....
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.