Tijdschrift voor Agrarisch Recht
1998 nr. 7/8
Peeters / Sanger (TvAR 1998/4924)
Artikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
Pachtwet, art. 41, 43 leden 2 en 5, 56b lid 1
Het voornemen van verpachter om het gepachte zelf in gebruik te nemen is serieus gemeend en uitvoerbaar; dat gebruik is voor hem niet van overwegende betekenis. Verlies van het gepachte levert geen ernstige aantasting van de grondslag van het maat-schappelijke bestaan van pachter op. Mitsdien is geen plaats voor verlenging van de pachtovereenkomst.
Verpachter heeft het land in geschil indertijd krachtens schenking gekregen, waarbij diens rechtsvoorganger pachter niet in de gelegenheid heeft gesteld om van zijn voorkeursrecht gebruik te maken. Deze omstandigheid kan
echter verpachter niet worden toegerekend. Derhalve is het in strijd met de redelijkheid en billijkheid om met toepassing van art. 43, lid 2, juncto lid 5, Pw de pachtovereenkomst met zes c. q. twaalf jaar te verlengen. Het is voor het bestaan van de pachtovereenkomst niet relevant of verpachter ten tijde van de schenking van het bestaan daarvan op de hoogte was. Het hof passeert derhalve het te dezen zijdens verpachter gedane bewijsaanbod.
UÂ heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.
Bijlage(n)
- Bijlagen zijn alleen beschikbaar voor abonnees.