Tijdschrift voor Agrarisch Recht
1998 nr. 7/8
De Hoon c.s. / Hendriks (TvAR 1998/4925)
Artikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
Pachtwet, art. 41 lid 1, 44
In het kader van een verlengingsprocedure is een dading tot stand gekomen, waarbij is overeengekomen dat pachters 6.33.00 ha laten liggen teneinde verpachter en diens dochter de gelegenheid te geven een fruitteeltbedrijf te starten. De boete ex 44 Pw is bepaald op f 160.000- . Verpachter is het fruitteeltbedrijf niet gestart. Zijn voornemen is thans op de percelen herten te gaan fokken. Pachters vorderen de boete.
Hof: De wil bedoeld in 44 en 41.1 Pw is de concreet in de verlengingsprocedure geuite wil gericht op duurzaam en te realiseren persoonlijk gebruik voor het ten processe vermelde tot de landbouw betrekkelijke doel. Ook een verantwoorde wijziging in de voorgenomen opzet, die voldoet aan dezelfde maatstaven, moet geacht worden onder de geuite wil te vallen mits ook in die opzet het verlengingsverzoek zou zijn afgewezen. De thans kenbaar gemaakte vormen van exploitatie zijn niet te beschouwen als een redelijk alternatief voor de bedrijfsopzet zoals die kenbaar is gemaakt in de verlengingsprocedure. Vordering van pachters toegewezen.
UÂ heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.
Bijlage(n)
- Bijlagen zijn alleen beschikbaar voor abonnees.
