Tijdschrift voor Internetrecht 2011 nr. 3

Naar een evenwichtigerechtsverhouding tussende aanbieder en de spelervan een MMORPG

A. Petreski*

Met de introductie van de ‘virtual petstore’ (virtuele dieren­speciaalzaak), heeft de spelaanbieder Blizzard Entertain­ment (hierna: Blizzard) een lucratieve handel opgezet. De verkoop van het virtuele huisdier de ‘celestial steed’, een vliegend paard in het online spel World of Warcraft (hier­na: WoW), heeft Blizzard 2 mln USD in 4 uur opgebracht.1 Hieruit kan worden afgeleid dat virtuele werelden en virtue­le goederen echte economische belangen voor zowel spelers als spelaanbieders vertegenwoordigen. Deze belangen wor­den groter naarmate het

Artikel kopen € 79,00 excl. BTW

In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.

aantal spelers groeit dat wereldwijd steeds meer tijd en geld in deze werelden investeert. Virtuele werelden zijn werelden die spelers kunnen betreden na het kopen van een unieke ID (een ‘geïndividualiseerd’ toegangsrecht tot de wereld) met software waarmee een ac­count gemaakt wordt. Daartoe sluiten spelers een overeen­komst met de spelaanbieder, de zogenaamde End User Li­cense Agreement (hierna: EULA). Krachtens de meeste EULA’s krijgen spelers alleen een beperkt gebruiksrecht van het account. Op grond van dit gebruiksrecht kunnen spelers afhankelijk van het spelgenre2 in deze werelden een scala aan activiteiten verrichten. De economische waarde van een account voor de speler wordt niet alleen bepaald door het toegangsrecht maar in belangrijke mate ook door de waar­de van de verworven virtuele goederen. Deze economische waarde kan voor de speler verloren gaan als de spelaanbie­der gebruik maakt van een bevoegdheid tot het nemen van disciplinaire maatregelen die hij in de EULA heeft bedon­gen, zoals de ontbinding van de overeenkomst met als ge­volg de opheffing van het betrokken account. Dit roept de vraag op of het belang van de speler bij toegang tot het ac­count en zijn economische belang in relatie tot de belan­gen van de spelaanbieder in voldoende mate door ons recht wordt gewaarborgd. Er zijn verschillende juridische instrumenten om de belan­gen van de speler te behartigen. Een aantal van deze instru­menten maakt deel uit van het huidige overeenkomstenrecht. Bijvoorbeeld de toetsing van algemene voorwaarden op grond van afdeling 6.5.3 BW, de toetsing van een contractu­ele bepaling aan de maatstaven van redelijkheid en billijk­heid op grond van art. 6:248 BW, transparantieverplichtin­gen bij overeenkomsten op afstand, de regeling ten aanzien van oneerlijke handelspraktijken enzovoorts. In deze ge­vallen wordt de mate van bescherming mede bepaald door de bevoegdheden die de speler of andere instellingen als de Consumentenautoriteit worden verleend om de rechten van de speler(s) te handhaven. Mochten deze instrumenten on­voldoende soelaas bieden om de speler een redelijke behar­tiging van zijn belangen te bieden, dan zou kunnen worden overwogen om nationaal of internationaal het consumenten­recht aan te vullen met (dwingendrechtelijke) regelgeving die de speler een betere bescherming biedt. Daarbij zouden als voorbeeld kunnen dienen de reeds bestaande consumen­tenbeschermende regelgevingen die thans met name zijn ge­stoeld op Europese regelgeving. Een meer ingrijpend instru­ment kan wellicht worden gevonden in het goederenrecht. Indien een virtueel goed in een spel kan worden beschouwd als een goed of een object van een goed en de speler een recht ten aanzien van dat goed kan worden toegekend, wordt hem een recht verleend dat absolute werking heeft, d.w.z. niet alleen werking tegenover de spelaanbieder maar ook te­genover derden. Het doel van dit artikel is om een overzicht te verschaffen van de instrumenten die het Nederlandse vermogensrecht biedt om de economische belangen van de speler bij de toe­gang tot het spel en bij virtuele goederen in het spel te be­hartigen en mede aan de hand van de mogelijkheden tot handhaving vast te stellen in welke mate deze instrumenten voldoende soelaas bieden.

U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.

Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.


Deel deze pagina:

Nog niet beoordeeld

Bijlage(n)

  • Bijlagen zijn alleen beschikbaar voor abonnees.

Artikel informatie

Type
Artikel
Auteurs
A. Petreski*
Auteursvermelding
Ik ben auteur van dit artikel
Datum artikel
Uniek Den Hollander publicatienummer
UDH:IR/9356

Verder in 2011 nr.3

 Netneutraliteit in juridisch perspectief

Het zijn drukke tijden voor ICT-juristen. Schitterden we vroeger enkel in vakpublicaties, tegenwoordig zie ik regelmatig collega IT-juristen in het 8 uur Journaal om te praten over onderwerpen als ...

 De Doos van Pandora. Hergebruik van juridische overheidsinformatiein de praktijk

Hergebruik van overheidsinformatie staat hoog op de Europese agenda. Dat de praktijk weerbarstiger blijkt dan de beloftes, kan eigenlijk niet als een verrassing komen. De evaluatie van de richtlijn...

 Naar een evenwichtigerechtsverhouding tussende aanbieder en de spelervan een MMORPG

Met de introductie van de ‘virtual petstore’ (virtuele dieren­speciaalzaak), heeft de spelaanbieder Blizzard Entertain­ment (hierna: Blizzard) een lucratieve handel opgezet. De verkoop v...

 Signaleringen

Tweede Kamer stemt voor netneutraliteit en ondubbelzinnige toestemming cookies Op 22 juni stemde de Tweede Kamer over de aanpassin­gen van de Telecommunicatiewet in verband met de imple­mentatie v...