Tijdschrift voor Huurrecht Bedrijfsruimte 2016 nr. 6

Gerechtshof 's-Hertogenbosch 9 augustus 2016, ECLI:NL:GHSHE:2016:3612 (zekerheden, splitsing, art. 2:334r lid 1 BW)

mr. J.M. Winter-Bossink en mr. N. Amiel1

Artikel kopen € 79,00 excl. BTW

In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.

Als gevolg van splitsing van de hurende vennootschap krijgt de verhuurder met een nieuwe huurder te maken. In deze procedure stelt de verhuurder – op grond van art. 2:334r lid 1 BW – dat hij als gevolg van de splitsing in een nadeligere positie is geraakt zodat de huurovereenkomst naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid niet ongewijzigd in stand behoort te blijven. In hoger beroep eist de verhuurder onder andere een hogere concern- en bankgarantie. Het hof wijst de vorderingen af en overweegt dat het gaat om de situatie voor en na de splitsing. Nu de huurder als geheel voor de splitsing al verlies leed en een bepaalde formule al grotendeels was beëindigd, betekent de beperkte financiële armslag van de huurder na de splitsing niet zonder meer dat de (verhaals)positie van de verhuurder als gevolg van de splitsing zodanig is verslechterd dat een wijziging van de overeenkomst gerechtvaardigd is. Dat de beleggingswaarde van het pand zou zijn gedaald, is niet een omstandigheid ...

U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.

Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.


Verder in dit artikel:

Deel deze pagina:

Nog niet beoordeeld

Bijlage(n)

  • Bijlagen zijn alleen beschikbaar voor abonnees.

Artikel informatie

Type
Jurisprudentie
Auteurs
mr. J.M. Winter-Bossink en mr. N. Amiel1
Vermelding op rechtspraak.nl
ECLI:NL:GHSHE:2016:3612
Auteursvermelding
Ik ben auteur van dit artikel
Datum artikel
Uniek Den Hollander publicatienummer
UDH:TvHB/13903

Verder in 2016 nr.6

 Bestuursrechtelijke complicaties voor de verhuurder en hoe hennep telende huurders bestuursrechtelijke risico’s voor verhuurders opleveren

Een belangrijk uitgangspunt van verhuurders bij het sluiten van (bedrijfsruimte)huurovereenkomsten is dat de huurder verantwoordelijk is voor zijn eigen handelen. Een verhuurder wil niet geconfr...

 Variaties op het ROZ-model huurovereenkomst winkelruimte

De modelhuurovereenkomsten van de Raad voor Onroerende Zaken (hierna: ROZ) zijn niet meer uit de vastgoedpraktijk in Nederland weg te denken. Velen beschouwen deze modellen als de standaard. Doo...

 ROZ-modellen; overige onderwerpen (bodemverontreiniging, onthouden van toestemming, organisatiewijzigingen en servicekosten)

Begin 2015 is er door de Raad voor Onroerende Zaken (hierna: ROZ) een nieuw ROZ-model (met bijbehorende algemene bepalingen) uitgebracht voor de huur van bedrijfsruimte ex art. 7:230a BW (hierna...

 De onderzoeksplicht van de huurder in de ROZ-modellen

Naar aanleiding van het verschijnen van het nieuwe ROZ-model voor bedrijfsruimte 230a in 2015[2] is in dit tijdschrift een reeks artikelen gestart.In deze bijdrage staan de algemene bepalin...

 Onderhuur door de ROZ jaren heen

In deze bijdrage wordt aandacht besteed aan de ontwikkeling (of niet) van het ‘onderhuur’ artikel in de algemene voorwaarden van de Raad voor Onroerende zaken (hierna ROZ) vanaf 1989 tot en met ...

 Voorwoord

In dit laatste nummer van 2016 staat het ROZ-model nog een laatste keer centraal. Ivette Mol schrijft over de regeling van onderhuur in het ROZ-model. Haar artikel maakt duidelijk dat he...