Tijdschrift voor Huurrecht Bedrijfsruimte
2017 nr. 6
Art. 7:226 BW en art. 7:209 BW in samenhang bezien
mr. E.D. den Engelsman
Artikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
In het artikel ‘Artikel 7:209 BW en nieuwbouwsituaties. Wanneer had de verhuurder een gebrek behoren te kennen?’[2] sluit Mark van Heeren af met een vraag in hoeverre wetenschap van een ontwikkelaar als wetenschap van de eindbelegger kan worden beschouwd. Ik wil deze vraag breder trekken, niet zo zeer toegespitst op nieuwbouwsituaties, maar puur gerelateerd aan een rechtsopvolging aan verhuurderszijde: als er sprake is van een gebrek dat de oorspronkelijk verhuurder bij het aangaan van de huurovereenkomst kende of behoorde te kennen, kan een rechtsopvolger dan een beroep doen op een exoneratie ten aanzien van dat gebrek? Het antwoord op deze vraag is nog niet uitgekristalliseerd in de jurisprudentie, maar in dit artikel zal ik aan de hand van jurisprudentie, literatuur en het wetgevingsproces een nieuwe route uitstippelen voor een antwoord.
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.
Verder in dit artikel:
1. De wetshistorie van art. 7:209 BW en art. 7:226 BW
Bijlage(n)
- Bijlagen zijn alleen beschikbaar voor abonnees.
Artikel informatie
- Type
-
Artikel
- Auteurs
-
mr. E.D. den Engelsman1
- Auteursvermelding
- Ik ben auteur van dit artikel
- Datum artikel
-
04 januari 2018
- Uniek Den Hollander publicatienummer
-
UDH:TvHB/14651
VoorwoordHet laatste nummer van het Tijdschrift voor Huurrecht Bedrijfsruimte van 2017 ligt voor u en de redactie is al druk bezig met het maken van plannen voor 2018. Daarnaast is de Congrescommis...