Impact van het coronavirus op het financiële stelsel
mr. G.W. Kastelein Het artikel is in de opmaak van het tijdschrift rechts als pdf beschikbaar.Covid-19 beheerst momenteel ons dagelijks leven.1 Van overheidswege worden draconische maatregelen afgekondigd om verdere verspreiding van het virus tegen te gaan. Veel landen zijn in lock down of hebben andere zware maatregelen genomen om verspreiding af te remmen. Verdere maatregelen zijn niet uitgesloten. Aandelenkoersen dalen wereldwijd.2 De angst en onzekerheid bij mensen is groot.
Het virus (inclusief onze reacties daarop) heeft verwoestende gevolgen voor de economie en de financiële markten. De ramingen over de financiële impact van Covid-19 lopen uiteen.3 Volgens Bloomberg zou het virus de wereldeconomie voor &2,7 biljoen schade kunnen toebrengen.4 Bedrijven die op zich gezond zijn, kampen met vertragingen in de toelevering van halffabricaten en grondstoffen, waardoor het productieproces wordt vertraagd.5 De afhankelijkheid van China speelt daarin een belangrijke rol. De export van China is in januari en februari met maar liefst 17 procent gedaald vergeleken met vorig jaar, omdat veel fabrieken daar stil kwamen te liggen en het transport was ontregeld.6 Er is ook een terugval in arbeidsproductiviteit door ziekte en overheidsmaatregelen. De vertraging c.q. daling in productiviteit gaat gepaard met een krimp van het consumentenvertrouwen en (dus) dalende consumptieve bestedingen in tal van sectoren, versterkt door van overheidswege opgelegde beheersmaatregelen zoals verplichte sluiting van restaurants, cafés et cetera.7 Het water staat veel ondernemingen aan de lippen, met transport, toerisme en horeca voorop. Zo lopen ramingen van het verlies aan omzet in de luchtvaartsector op tot boven de &100 miljard.8 Banen staan op de tocht. De toerismesector in Europa is bijvoorbeeld goed voor 11,7 procent van de werkgelegenheid en 10,3 procent van het BNP, dus omzetdaling daar is geen goed nieuws.9 Volgens VNO-NCW kunnen omzetdalingen in sommige sectoren in Nederland oplopen van 20 tot wel 60 procent.10 De teruglopende inkomsten zetten op korte termijn druk op de liquiditeitspositie van veel bedrijven, die geen inkomsten hebben, maar wel hun lopende uitgaven moeten voldoen (waaronder personeelskosten). Hoe langer het duurt eer het virus onder controle is, hoe groter de schade en de gevolgen voor de werkgelegenheid. Het bedrijfsleven roept internationaal om financiële overheidssteun. Het virus treft ook de pensioenen. Voor Nederlandse pensioenfondsen liep de gemiddelde dekkingsgraad terug van 101 procent naar 95 procent in februari.11 Door de rentedaling nam de waarde van de verplichtingen per saldo met ongeveer 4% toe, terwijl de waarde van de activa door de gedaalde aandelenmarkten verminderde.
Op microniveau zien we dat het virus vele civielrechtelijke verhoudingen raakt, tussen leveranciers en afnemers, geldgevers en geldnemers, opdrachtgevers en opdrachtnemers et cetera. Juristen buigen zich over de juridische impact. Wat als een contractspartij niet (tijdig) kan nakomen door Covid-19? Wat als een contractspartij niet wil nakomen door het corona-virus? Mag een contractspartij nakoming opschorten? Geeft het virus, of een reactie daarop, ons het recht om het contract te (laten) ontbinden? Wie moet opdraaien voor de kosten? Niet veel bestaande contractuele voorwaarden zullen expliciet rekening hebben gehouden met virussen. Voor wat betreft Nederlandsrechtelijke overeenkomsten zal mogelijk een beroep op art. 6:258 BW (onvoorziene omstandigheden) in de rede liggen. Dat artikel bepaalt dat de rechter op vordering van een der partijen de gevolgen van een overeenkomst kan wijzigen of deze geheel of gedeeltelijk kan ontbinden op grond van onvoorziene omstandigheden welke van dien aard zijn dat de wederpartij naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst niet mag verwachten. Een wijziging of ontbinding wordt niet uitgesproken als de omstandigheden krachtens de aard van de overeenkomst of de in het verkeer geldende opvattingen voor rekening komen van degene die zich erop beroept. Dit artikel zou mogelijk toegepast kunnen worden om leveringstermijnen aan te passen. Of een rechter van oordeel is dat het coronavirus voor rekening komt van één der partijen, zal afhangen van alle omstandigheden van het geval, maar lijkt ten aanzien van nu reeds bestaande contracten niet heel waarschijnlijk. Een ander wetsartikel waarop veelvuldig beroep zal worden gedaan, is art. 6:75 BW (overmacht, force majeure). Met een succesvol beroep op dat artikel kan een schadeclaim of eis tot nakoming worden afgewend. De tekortkoming moet dan niet aan de tekortkomende partij zijn toe te rekenen, noch door zijn schuld, noch omdat de tekortkoming krachtens de wet, het contract of de in het verkeer geldende opvattingen voor zijn rekening komt. Tot slot zijn er nog de (aanvullende en derogerende werking van de) redelijkheid en billijkheid van art. 6:248 BW waarop partijen zich kunnen beroepen. Contractspartijen doen er wel goed aan om ten aanzien van nieuwe contracten alle mogelijke risico’s en gevolgen van het virus te overwegen en de afspraken en risico-allocatie helder te documenteren. Daaronder vallen ook goederenrechtelijke beschermingsmaatregelen zoals eigendomsvoorbehouden, mogelijkheid van flexibiliteit in leveringstermijnen, beschikbaarheid van verzekeringsdekking, ontbindingsrechten, exoneratieclausules, uitsluiten van gevolgschade zoals gederfde winst (art. 6:98 BW), informatieverplichtingen et cetera.
Over informatieverplichtingen gesproken, de ESMA eist dat uitgevende instellingen het aan de markt disclosen als het coronavirus een (al dan niet potentieel) negatief effect heeft op de financiële situatie of outlook.12
Als we abstraheren van de tragiek van de individuele gevallen en we op macroniveau kijken naar de gevolgen van de toenemende financiële problemen van bedrijven en huishoudens, zien we al snel het gevaar dat voor de bankensector op de loer ligt: voorzieningen en afschrijvingen op hun leningen. Gevreesd wordt momenteel vooral voor de gezondheid van de Italiaanse banken. De Italiaanse economie wordt heel hard geraakt door het coronavirus. Het openbare leven ligt er al een tijdje nagenoeg plat om verdere verspreiding van het virus te voorkomen (Italië loopt wat dat betreft iets voor). De economische schade is er enorm.13 Veel geldnemers komen in de problemen met hun betalingsverplichtingen jegens de banken. De Italiaanse overheid heeft al een noodwet aangekondigd die bedrijven en particulieren toestaat hun betalingsverplichtingen uit te stellen. Deze problemen blijven niet beperkt tot Italië. De overheden van andere landen zullen vergelijkbare maatregelen afkondigen om lucht te geven aan noodlijdende debiteuren. Ook bieden banken uit eigen beweging uitstel van betaling aan.14 Al deze maatregelen leiden tot uitstel, maar ook tot een verschuiving van het probleem, namelijk naar de crediteuren. De inkomsten dalen. Bovendien moeten banken volgens bestaande regels voldoen aan strenge eisen ten aanzien van non performing loans. Betalingsachterstanden verplichten tot voorzieningen die de regulatoire kapitaalpositie van de banken aantasten.15
De ECB heeft ook een pakket maatregelen aangekondigd.16 De ECB wil banken stimuleren om vooral aan het MKB te blijven lenen. Daartoe biedt de ECB zeer gunstige tarieven voor langetermijnleningen. Bovendien worden de prudentiële eisen uit de CRR tijdelijk versoepeld.17 Het is de vraag hoe effectief dit pakket zal zijn. Het ‘tijdelijk’ versoepelen van regels verandert niets aan de werkelijke kredietrisico’s. De ECB realiseert zich die tegenstrijdigheid ook en waarschuwt dan ook: ‘Banks should continue to apply sound underwriting standards, pursue adequate policies regarding the recognition and coverage of non-performing exposures, and conduct solid capital and liquidity planning and robust risk management.’ Een speciaal ‘corona-staatsgarantiestelsel’ - of een soortgelijk Europees initiatief met de European Investment Bank ter dekking van het kredietrisico - zou een welkome aanvulling zijn op het ECB pakket.18 De dekking van een overheidsgarantie zou ook vervelende zorgplichtdiscussies tussen klant en bank kunnen voorkomen aangezien de bank met een garantie zich geen zorgen hoeft te maken over de kredietwaardigheid van de geldnemer. In Nederland is, begrijp ik, in ieder geval de garantiestelling van de overheid voor leningen van banken aan het mkb verruimd.
De Europese Commissie heeft al aangegeven dat het begrotingsraamwerk eenmalige budgetuitschieters toelaat als dat nodig is om de gevolgen van het corona-virus te bestrijden.19 De financiële huishoudens van de overheden zullen hierdoor natuurlijk wel verslechteren.
De zorgen over de impact van Covid-19 in Europa zijn zó groot dat een nieuwe bankencrisis en eurocrisis niet wordt uitgesloten.20 Hoe zou de Bankenunie in dat geval functioneren? Het uitgangspunt van de Bankenunie is dat de belastingbetaler niet opdraait voor het redden van falende banken. De aandeelhouders en schuldeisers moeten de verliezen opvangen en zorgdragen voor herkapitalisatie. Het is de vraag of aan dat uitgangspunt zal en kan worden vastgehouden in deze unieke situatie met een pandemie als boosdoener. Bovendien zou het ingrijpen door de resolutie-autoriteit een domino-effect kunnen ontketenen in het financiële stelsel. Denkbaar is dat de problemen zullen worden bestempeld als liquiditeitsproblemen, waardoor, kort gezegd, staatsteun en liquiditeitssteun van de ECB wel is toegestaan. De ECB zal zich (mocht dat nog nodig zijn) bereid verklaren staatsobligaties op te kopen indien nodig (whatever it takes) om de euro te beschermen. Maar alles heeft een prijs.
Er zal een tijd komen dat het virus is opgehouden met zijn ontwrichtende werk. Maar het zal niet voor het laatst zijn dat we te maken krijgen met een virus. Welke lessen zullen wij trekken? Welke (nationale en internationale) maatregelen zullen worden afgekondigd ter voorkoming en beheersing van de gevolgen? Zijn effectieve en proportionele maatregelen ter beheersing van een virus denkbaar, betere internationale coördinatie en ondersteuning van de zorg? Een fundamentele vraag is ook of met een virusrisico rekening moet worden gehouden in onze financiële toezichtwetgeving en zo ja, hoe? Banken nemen een virusrisico niet mee bij het verstrekken van leningen. Hoe zouden ze dat kunnen? Zou een virus-kapitaalbuffer effectief zijn en zou een dergelijke buffer wel proportioneel zijn? Zijn er werkbare regels te bedenken die bedrijven en banken flexibiliteit en adem geven om de gevolgen van een virus op de economie beter te kunnen doorstaan? Zou een soort algehele wettelijke ‘afkoelingsperiode’ / moratorium van verplichtingen in werking moeten treden bij een ‘lock down’? Is een compensatiestelsel denkbaar voor bedrijven en banken die schade hebben geleden als gevolg van omzetderving door van overheidswege afgekondigde maatregelen? Een dergelijk vangnet zou een de klap kunnen helpen opvangen door de gemeenschap als geheel. Het is immers diezelfde gemeenschap die als geheel door het virus bedreigd wordt en ter bescherming van wie maatregelen worden genomen die schade aan de volksgezondheid moeten beperken maar schade aan de economie veroorzaken. Maar hoe is een dergelijk stelsel in te richten, is er voldoende draagvlak voor en wat zijn de voorwaarden? Het is ook denkbaar dat de politieke conclusie is dat de schade (geheel of gedeeltelijk) een ondernemingsrisico van de gedupeerde(n) betreft. Hoe dan ook, de belangrijkste les blijft: voorkomen is beter dan genezen.