Laveren tussen autonomie en afstemming - Het Hof van Justitie in zaak C-481/19 (DB/Consob)
mr. H.B.M. Römkens en mr. A.S.M.L. Prompers1Artikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
Het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap (EEG) dat de fundering vormt van de Europese Unie, kent geen verwijzing naar fundamentele (mensen)rechten. Ruim 60 jaar later ziet het beeld er heel anders uit.2 Fundamentele rechten nemen tegenwoordig een centrale positie in binnen de Europese rechtsorde.3
Gaandeweg oordeelde het Hof van Justitie van de Europese Unie (het ‘Hof’) dat de fundamentele rechten besloten liggen in de algemene beginselen van het Europese recht waarvan het Hof de eerbiediging verzekert.4 Op deze wijze deden de fundamentele (mensen)rechten hun intrede in de Europese rechtsorde. Naast de constitutionele tradities van de lidstaten fungeerde het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (het ‘EVRM’) voor het Hof als inspiratiebron. In het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (het ‘Handvest’) zijn de fundamentele rechten vervolgens vastgelegd. Vanaf 1 december 2009 is he...
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.