Tijdschrift voor Sanctierecht & Onderneming
Straf- en bestuursrechtelijke handhaving van financieel-economisch recht 2021 nr. 3/4
Ontneming en fiscaliteit anno 2021 – van pleisters plakken naar preventie van doublures
mr. V.S. Huygen van Dyck-Jagersma
Artikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
In een recente ontnemingsuitspraak van Hof Den Bosch komt weer eens de problematiek aan de orde dat inkomstenbelasting over af te pakken inkomsten (niet) in mindering zou kunnen komen op het te ontnemen voordeel en de oplossing maar in de executiefase zou moeten worden gezocht.[2] Dit geeft mij aanleiding aandacht te besteden aan deze dreigende dubbelingen en welke oplossingen daarvoor in de praktijk bestaan of zouden moeten bestaan. Alleen als het voordeel in een BV is genoten en ontneming bij de dga plaatsvindt, lijkt de Hoge Raad recent een structurele oplossing te bieden.[3]
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.
Verder in dit artikel:
1. Het probleem (1): belastingheffing over per saldo niet-genoten inkomen
2. Het probleem (2): te vroeg opgeven van vorderingen
3. De oplossing (1): aftrek na ontneming in het juiste belastingjaar
4. De oplossing (2): Belastingdienst in de wacht
5. De oplossing (3a): de inkomstenbelasting tóch als aftrekpost accepteren voor de ontneming
6. De oplossing (3b): de Vpb als aftrekpost voor de ontneming accepteren – voor de dga
7. Bestraffing door belastingheffing: het ‘bijplussen’ van kosten na veroordeling
8. Conclusie
Bijlage(n)
- Bijlagen zijn alleen beschikbaar voor abonnees.
Artikel informatie
- Type
-
Artikel
- Auteurs
-
mr. V.S. Huygen van Dyck-Jagersma1
- Auteursvermelding
- Ik ben auteur van dit artikel
- Datum artikel
-
30 juni 2021
- Uniek Den Hollander publicatienummer
-
UDH:TvSO/16752
Blik op de toekomst, zorg voor de toekomstVlak voor het ter perse gaan van dit nummer deed de rechtbank Den Haag uitspraak[1] in de civiele procedure tussen de vereniging Milieudefensie en een aantal andere eisers en Royal Dutch Shell plc,...