Annotatie bij Hoge Raad 24 maart 2023, ECLI:NL:HR:2023:445 (X/Ter Waarbeek q.q.)
mr. A.B. Borsboom1 en mr. E.A.H. ten BergeArtikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
Met het oog op het terugdringen van misbruik van rechtspersonen, is met ingang van 1 januari 1987 de Wet bestuurdersaansprakelijkheid bij faillissement in werking getreden.2 ,3 Voor de besloten vennootschap is deze wet gecodificeerd in art. 2:248 BW. In geval van faillissement is iedere bestuurder van een besloten vennootschap jegens de boedel hoofdelijk aansprakelijk voor het faillissementstekort, indien het bestuur zijn taak kennelijk onbehoorlijk heeft vervuld en aannemelijk is dat dit kennelijk onbehoorlijk bestuur een belangrijke oorzaak is van het faillissement.4 Met een bestuurder als bedoeld in art. 2:248 lid 1 BW wordt gelijkgesteld degene die het beleid van de vennootschap heeft bepaald of mede heeft bepaald, als ware hij bestuurder, de feitelijk beleidsbepaler.5
De vraag wanneer sprake is van het (mede) bepalen van het beleid “als ware hij bestuurder” is in de liter...
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.