Tijdschrift voor Financieel Recht 2008 nr. 1/2

Fx.nl B.V./AFM

mr. F.R.H. van der Leeuw en mr. M. Hosemann

Fx.nl onderhield de website www.fx.nl waarop ongeveer 130 aanbieders van financiële producten waren vermeld. Van deze producten werd op deze website nieuws, actualiteiten en achtergronden vermeld. Per product kon via de website een overzicht worden gemaakt van alle aanbieders en kon worden doorgelinkt naar de website van die aanbieders. Fx.nl ontving inkomsten voor het verkopen van advertentieruimte op haar website en via een vergoeding die zij doorberekende aan de aanbieder of een collectief van aanbieders

Artikel kopen € 79,00 excl. BTW

In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.

waaraan zij nadere informatie van een geïnteresseerde consument afleverde. Daarnaast had zij met twintig tot dertig aanbieders een contract afgesloten waarin was neergelegd dat zij betaald kreeg voor het aanleveren van nadere gegevens van bepaalde consumenten. Op 29 september 2006 had Fx.nl zich telefonisch gewend tot de AFM teneinde uitsluitsel te verkrijgen over de vraag of deze activiteiten vergunningplichtig waren onder de Wfd. Fx.nl had vervolgens bij brief van 23 oktober 2006 gesteld dat de AFM tijdens voornoemd telefoongesprek had geconcludeerd dat Fx.nl niet vergunningplichtig was en vervolgens de AFM verzocht dit schriftelijk te bevestigen. Door het uitblijven van een reactie van de AFM had Fx.nl bij brief van 22 december 2006 de AFM verzocht het schriftelijke standpunt in te nemen dat zij geen vergunning nodig had. De AFM had bij brief van 24 januari 2007 aan Fx.nl medegedeeld dat zij op grond van de haar bekende gegevens meende dat Fx.nl wel degelijk vergunningplichtig was. Fx.nl had vervolgens bij brief van 26 april 2007 bezwaar gemaakt tegen het niet tijdig schriftelijk bevestigen dat de activiteiten van Fx.nl niet vergunningplichtig waren onder de Wfd, dan wel de Wft. Bij besluit van 2 juli 2007 had de AFM dit bezwaar nietontvankelijk verklaard, waartegen Fx.nl op haar beurt beroep had ingesteld. Bij brief van 4 juli 2007 had de AFM Fx.nl bericht dat zij via haar website bemiddelingsactiviteiten verrichtte zonder daarbij over de benodigde vergunning te beschikken en dat zij direct het illegale karakter van de activiteiten diende te corrigeren. Tegen deze brief had Fx.nl bezwaar gemaakt. Voorts had Fx.nl bij brief van 20 augustus 2007 de voorzieningenrechter verzocht voorlopige voorzieningen te treffen bestaande onder meer uit schorsing van het door de AFM in haar brief van 4 juli 2007 neergelegde standpunt. De voorzieningenrechter meende dat de Wfd noch de Wft aan de toezichthouder de bevoegdheid toekent een rechtsvaststellend besluit te nemen over de vraag of een bepaalde activiteit al dan niet vergunningplichtig is. Het is de eigen verantwoordelijkheid van een onderneming om al dan niet een vergunning aan te vragen. De toezichthouder kan overigens wel een aanwijzing tot het volgen van een bepaalde gedragslijn geven, overgaan tot het opleggen van een last onder dwangsom of bestuurlijke boete bij overtreding van een verbodsbepaling zoals bedoeld in artikel 2:80 Wft. Volgens vaste jurisprudentie zal een dergelijk rechtsoordeel, dat vooruitloopt op een nog te nemen besluit, niet op enig zelfstandig rechtsgevolg gericht zijn. Dit is slechts anders in die gevallen dat niet kan worden geoordeeld dat het rechtsoordeel vooruitloopt op ten aanzien van de aangezochte (rechts)persoon te verwachten door hem uit te lokken besluiten tot toepassing van de wettelijke regeling, waartegen in rechte kan worden opgekomen, waarbij sprake is van een voor de betrokken (rechts)persoon onevenredig belastende weg naar de rechter. De voorzieningenrechter vond het voor Fx.nl niet onevenredig bezwarend om alsnog een vergunning- of ontheffingsaanvraag te doen teneinde een besluit uit te lokken over de eventuele vergunningplicht. Daarbij was van belang dat Fx.nl ten tijde van de invoering van de Wfd haar activiteiten blijkbaar ongewijzigd had voortgezet zonder contact op te nemen met de AFM zodat zij in ieder geval geen aanspraak meer kon maken op het overgangsrecht. Aangezien Fx.nl zich pas ruimschoots na invoering van de Wfd en Wft in kwestie tot de AFM had gewend kon zij zich om die reden niet beroepen op de duur van de nadien gevoerde correspondentie met de AFM. De voorzieningenrechter was van oordeel dat er geen sprake was van een aanvraag in de zin van art. 1:3 lid 3 Awb, zodat ook geen sprake kon zijn van verzuim tijdig op een aanvraag te beslissen. Het beroep werd daarom ongegrond verklaard. Met betrekking tot de brief van de AFM van 4 juli 2007 was de voorzieningenrechter van oordeel dat deze niet op enig rechtsgevolg was gericht. Gelet op de toonzetting, de suggestie aan Fx.nl een einde te maken aan de situatie, de aankondiging van formele handhaving, het ontbreken van een verwijzing naar art. 1:75 Wft en het ontbreken van een bezwaarclausule hield de brief geen aanwijzing in. Het bezwaar tegen deze brief werd daarom ook niet-ontvankelijk verklaard. Voor een veroordeling in de proceskosten zag de voorzieningenrechter ten slotte geen aanleiding.

U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.

Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.


Deel deze pagina:

Nog niet beoordeeld

Bijlage(n)

  • Bijlagen zijn alleen beschikbaar voor abonnees.

Artikel informatie

Type
Jurisprudentie
Organisatie
Rechtbank Rotterdam
Auteurs
mr. F.R.H. van der Leeuw en mr. M. Hosemann
Auteursvermelding
Ik ben auteur van dit artikel
Onderwerp
bestuurlijk rechtsoordeel
Datum artikel
Uniek Den Hollander publicatienummer
UDH:FR/5798

Verder in 2008 nr.1/2

 Toezicht op internationale beleggingsdiensten onder MiFID

In deze bijdrage willen we proberen inzichtelijk te maken wat onder de MiFID1 de verdeling is van de toepasselijkheid van regelgeving en toezicht als een instelling in meerdere landen...

 Provisies na MiFID?

Met de implementatie van de Markets in Financial Instruments Directive (‘MiFID’) in de Wet op het financieel toezicht (‘Wft’) zijn de regels ter bescherming van de belegger nog verder...

 MiFID en het verschaffen van informatie aan beleggers via internet. AFM – Beleidsregel Internet onder de loep (2)

In deel 11 van deze reeks ben ik ingegaan op de eerste bepaling van de Beleidsregel Internet van de AFM 2 In dit deel behandel ik de tweede bepaling van deze beleidsregel. Deze bepali...

 Handelsplatformen onder de MiFID: gereglementeerde markten en multilaterale handelsfaciliteiten.

Op 1 november 2007 is de Wet implementatie richtlijn markten voor financiële instrumenten in werking getreden Deze wet strekte tot wijziging van de Wet op het financieel toezicht (Wf...

 Best execution ingevolge de MiFID

Met ‘best execution’ wordt in het kader van beleggingsdienstverlening de verplichting van de beleggingsonderneming aangeduid om bij de uitvoering van een order voor de aan- of verkoop...

 MiFID en custodians: let op extra informatieverplichtingen!

Op 1 november 2007 is de gewijzigde Wet op het financieel toezicht (‘Wft’) in werking getreden Dit was noodzakelijk in verband met de implementatie van de Markets in Financial Instrum...

 Some aspects of the implementation of MiFID in the United Kingdom

To provide an idea of the implementation of the Markets in Financial Instruments Directive (MiFID) in another jurisdiction, the editors have asked Sarah Parkhouse, a solicitor at a major City ba...

 Nieuws

In deze rubriek worden ontwikkelingen op het terrein van het effectenrecht en ander financieel recht gesignaleerd die betrekking hebben op de periode december 2007 tot en met medio januari 2008.

 Rondom het nieuws. Nationaal Regime MiFID

Wie denkt dat de ambtenaren van het ministerie van Financiën na 1 november 2007 voorlopig af waren van de MiFID, vergist zich Ook nu nog wordt naar aanleiding van de MiFID gewerkt aan een comple...