Fiscale aandachtspunten bij de implementatie van de UCITS IV richtlijn
prof. dr. A.H.M. Daniels en mr. L.P. Woltring*
De Europese richtlijn UCITS IV zal een grote invloed hebben op het Europese landschap voor beleggingsinstellingen. Zij moet per 1 juli 2011 zijn geïmplementeerd in nationale wetgeving. Indien Nederland nog een partij wil meespelen op het terrein van het internationale vermogensbeheer zijn bijstellingen nodig om de fiscale beleggingsinstelling te positioneren als geschikt instrument voor Master-Feeder structuren waarbij de Master in Nederland is gevestigd. Daarnaast leidt het Europees paspoort voor de asset managers tot de noodzaak om
Artikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
een specifieke regeling te treffen voor de vestigingsplaats van beleggingsmaatschappijen naar analogie van de Ierse of Engelse voorbeelden.
1.Inleiding
Op 13 juli 2009 is richtlijn 2009/65/EC inzake de regulering van instellingen voor collectieve belegging in effecten aangenomen. Deze richtlijn wordt algemeen aangeduid als de UCITS IV richtlijn omdat zij de vierde wijziging is van de Europese regulering voor UCITS.1 De Europese regulering van beleggingsinstellingen is begonnen in 1985 en heeft als doel een Europese markt voor beleggingsinstellingen te creëren met het oog op de voordelen van schaalvergroting en uniforme en geharmoniseerde bescherming van beleggers. Kernkenmerken van een UCITS zijn het aantrekken van kapitaal van het publiek, het open end karakter2, en de beperking van de beleggingscategorieën tot in beginsel verhandelbare effecten en andere liquide financiële activa. Beleggingsinstellingen zonder open end karakter of beleggingsinstellingen waarvan het beleggingsbeleid niet is beperkt tot verhandelbare effecten (vastgoedfondsen, commodity fondsen, e.d.) kunnen geen UCITS status verkrijgen.
Een van de instrumenten van de richtlijn is het verlenen van een zogenaamd Europees paspoort aan beleggingsinstellingen waardoor participaties in die beleggingsinstelling gemakkelijker kunnen worden aangeboden aan beleggers in andere lidstaten van de Europese Unie. Die beleggingsinstellingen moet dan wel voldoen aan de (nationale implementatiewetgeving van de) regels van de richtlijn en moeten vallen onder het toezicht van de nationale toezichthouder van het thuisland van de beleggingsinstelling. In Nederland is de implementatiewetgeving van de UCITS-richtlijnen te vinden in de Wet op het Financieel Toezicht (hierna Wft). Voor de Nederlandse beleggingsmaatschappij die een Europees paspoort wenst geeft art. 2:68 lid 2 Wft de voorwaarden. Bij het niet-rechtspersoonlijkheid bezittend beleggingsfonds dat is gericht op de Europese beleggersmarkt, zal de beheerder van het fonds moeten voldoen aan de regels van art. 2:67 lid 2 Wft.
De regelgeving rond UCITS kan als succesvol worden aangemerkt gezien de groei in zowel het aantal UCITS als de omvang van het totale belegde vermogen. Een meer recente trend is dat de marketing van een beleggingsinstelling met UCITS status ook buiten Europa (Singapore, Taiwan, Hong Kong, Midden-Oosten) kan bogen op bekendheid met en goede reputatie van het UCITS raamwerk. Het Ministerie van Financiën heeft op 23 april 2010 een concept wetsvoorstel ter consultatie op zijn website gepubliceerd. Daarin wordt geen enkele referentie gemaakt aan de fiscale implicaties van deze Europese regeling. Wij gaan hierna in op een tweetal vraagstukken: de regeling rond de fiscale beleggingsinstelling en de regeling rond de vestigingsplaats van beleggingsfondsen.
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.