Regeling integere bedrijfsvoering Wet toezicht trustkantoren 2014; nieuwe verplichtingen voor trustkantoren en de introductie van de auditfunctie
mr. dr. M.T. van der Wulp en mr. G.P. Roth*
Op 1 januari 20151 zal de Regeling integere bedrijfsvoering Wet toezicht trustkantoren 2014 (Rib Wtt 2014)2 in werking treden. Met de regeling wordt beoogd een nieuw kader te schetsen voor integere bedrijfsvoering van trustkantoren. De Rib Wtt 2014 stelt hierbij niet alleen eisen aan de bedrijfsvoering, maar is ook gericht op de diensten die het trustkantoor verleent en de risico’s die hieraan zijn verbonden.3 Aangezien de Rib Wtt 2014 geen overgangsrecht bevat, zijn de verplichtingen
Artikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
van deze regeling per 1 januari 2015 onverkort van toepassing bij de dienstverlening aan zowel nieuwe als bestaande cliënten.4 Onderzoeksverplichtingen: het ‘adequaat’ mitigeren en ondervangen van risico’s In deze bijdrage wordt behandeld welke verplichtingen de Rib Wtt 2014 introduceert en welke bestaande verplichtingen worden uitgebreid. Hierbij moet in de eerste plaats worden gedacht aan de onderzoeksplicht naar de risico’s ten aanzien van de integere bedrijfsvoering (de wettelijke basis daarvan is gelegen in art. 3 Rib Wtt 2014). Op basis van deze onderzoeksplicht dienen – aan de hand van de analyse van deze risico’s – procedures, processen en maatregelen te worden geformuleerd, die het trustkantoor in staat stellen de risico’s ‘adequaat te mitigeren’. In de tweede plaats moet worden gedacht aan de uitbreiding van de (bestaande) onderzoekplicht ten aanzien van de dienstverlening (art. 23 Rib Wtt 2014). Deze uitbreiding houdt in dat het trustkantoor zich er van dient te vergewissen dat integriteitsrisico’s verbonden aan zijn dienstverlening ‘adequaat zijn ondervangen’ (lid 2). Compliancefunctie en auditfunctie De Rib Wtt 2014 beoogt voorts de verantwoordelijkheid voor de naleving van de geformuleerde procedures, processen en maatregelen aan te scherpen door de introductie van zowel een tweede- als derdelijns controlefunctie. Het gaat hierbij om de compliancefunctie en de geïntroduceerde auditfunctie (art. 7 Rib Wtt 2014) (deze begrippen worden behandeld in paragraaf 3). Hierbij wordt aangesloten bij een systematiek die bij andere financiële toezichtwetgeving is terug te vinden, zoals de Wet op het financieel toezicht (Wft).5 Cliëntenonderzoek, administratie en geheimhouding Andere belangrijke inhoudelijke wijzigingen ten opzichte van de oude regeling hebben betrekking op het cliëntenonderzoek, de administratie en de geheimhouding. Hierbij valt op dat ook bij het cliëntenonderzoek (paragraaf 4 Rib Wtt 2014) wordt beoogd – voor zover mogelijk – aan te sluiten bij de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft). De verwachting is dat het Ministerie van Financiën voornemens is om de Wtt nog verder in lijn te brengen met de Wft en de Wwft.6 In navolgende paragrafen worden bovengenoemde verplichtingen nader toegelicht en van enig commentaar voorzien.
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.