Het publiek-private warmtebedrijf en de grenzen van zeggenschap
mr. R.H.B. Duncker
Artikel kopen € 79,00 excl. BTW
In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.
Het wetsvoorstel voor de Wet collectieve warmte staat private partijen toe een minderheidsbelang te houden in warmtebedrijven onder publieke zeggenschap. Hoewel private partijen uit de warmtesector de publieke zeggenschap als een prohibitief risico zien, is niet eerder besproken wat publieke zeggenschap in de praktijk kan betekenen. Deze bijdrage bespreekt de governance van een publiek-privaat warmtebedrijf en verkent de grenzen van zeggenschap. Daarnaast wordt stilgestaan bij de voorgehouden tegenstelling tussen publieke en private belangen en overwogen dat deze belangen meer parallel lopen dan het wetsvoorstel veronderstelt. Wel wordt tariefzetting als een controversieel onderwerp geïdentificeerd dat een obstakel voor private participatie vormt, en tegelijk weinig publieke meerwaarde heeft. Het artikel concludeert daarom dat tariefzetting zou kunnen worden uitgezonderd van de publieke zeggenschap.
1. Inleiding
1.1. De ...
U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.
Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.
Verder in dit artikel:
1. Inleiding
1.1. De strijd om de zeggenschap
1.2. Inhoud en opbouw
2. Zeggenschap onder het wetsvoorstel
2.1. De aanwijzing van het warmtebedrijf
2.2. De definitie van zeggenschap
2.3. Zeggenschap en publieke belangen
2.4. Vetorechten voor de private minderheidsaandeelhouder
3. Zeggenschap in de context van een warmtebedrijf
3.1. Inleiding
3.2. Het kavelplan
3.3. Investeringen en het investeringsplan
3.4. Operationele kosten en langetermijncontracten
3.5. Benoeming van het bestuur
3.6. Tussenconclusie: een afnemende (mede)zeggenschap
4. Publieke en private belangen in het warmtebedrijf
4.1. De publieke belangenafweging volgens het wetsvoorstel
4.2. Parallelle belangen onder kostengebaseerde tarieven
4.3. Het publieke belang van betaalbaarheid
5. Tariefzetting
5.1. De zorgplicht jegens de minderheidsaandeelhouder
5.2. Tariefzetting als instrument ten behoeve van de betaalbaarheid
5.3. Publieke tariefzetting: een barrière voor private investeerders
5.4. Wijziging van het wetsvoorstel: tariefzetting als voorbehouden besluit
6. Conclusie