Compliance, Ethics & Sustainability An international journal with a European focus 2015 nr. 5

De vroegtijdige publicatie van boetes door de AFM en DNB

mr. G.P. Roth en mr. drs. M.R. Hosemann

Reeds vanaf de inwerkingtreding van de Wet op het financieel toezicht (‘Wft’) per 1 januari 2007 zijn de Autoriteit Financiële Markten (‘AFM’) en De Nederlandsche Bank (‘DNB’), als uitgangspunt, verplicht om door hen opgelegde boetes openbaar te maken. Met name de zogenoemde ‘vroegtijdige’ openbaarmakingsplicht was niet onomstreden. Criticasters voerden onder meer aan dat de onschuldpresumptie (in de zin van art. 6 Europees Verdrag van de Rechten van de Mens) er aan in de weg staat

Artikel kopen € 79,00 excl. BTW

In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.

dat boetes openbaar worden gemaakt alvorens de rechter heeft geoordeeld over de rechtmatigheid van de boete. Tezelfdertijd gold dat aan boetelingen – en andere belanghebbenden in de zin van art. 1:2 Algemene wet bestuursrecht (‘Awb’) – het recht toekwam om een voorlopige voorziening te vragen bij de Rechtbank Rotterdam teneinde vroegtijdige publicatie van de boete te verhinderen. Van dat recht is veelvuldig gebruik gemaakt. Dat hield mede daarmee verband dat, zoals viel te verwachten, boetelingen de publicatie niet zelden bezwaarlijker vinden dan de boete zelf. Het heeft geleid tot een stroom aan jurisprudentie. Dat die jurisprudentie, zeker aanvankelijk, niet steeds eenduidig was, verbaast niet. Vaak bleek dat het in de Wft verankerde publicatieregime en systeem van rechtsbescherming, met name ook wat betreft de processuele aspecten, te summier is, niet op alle punten even goed is doordacht en bovendien vaak op meerdere manieren kan worden uitgelegd. Dat neemt niet weg dat er in de loop der jaren steeds meer duidelijkheid is gekomen, zeker nadat ook het College van Beroep voor het bedrijfsleven (‘CBb’) als hoger beroepsinstantie een aantal richtinggevende uitspraken had gedaan. Dat gold niet in de laatste plaats voor het door de rechter te hanteren beslismodel bij de vraag of vroegtijdige publicatie is toegestaan. Hoewel de vroegtijdige publicatie van boetes nooit echt een rustig bezit is geworden, leken de AFM en DNB langs jurisprudentiële weg1 uiteindelijk voldoende handvatten te hebben gekregen om te kunnen beoordelen of zij in voorkomend geval mochten overgaan tot vroegtijdige publicatie. Op dezelfde wijze konden boetelingen een ten minste nog enigszins gecalculeerde afweging maken of het zin had om een besluit tot vroegtijdige publicatie aan te vechten. Dat met horten en stoten tot stand gekomen relatief rustige bezit is echter in gevaar gebracht door de per 1 augustus 2014 doorgevoerde wijzigingen van de Wft ter implementatie van de richtlijn ‘CRD IV’.2 Hoewel art. 68 richtlijn CRD IV alleen dwingt tot wijziging van het in de Wft verankerde publicatieregime voor banken en beleggingsondernemingen, heeft de Nederlandse wetgever er uit oogpunt van rechtseenheid en rechtsgelijkheid voor gekozen de desbetreffende wijzigingen ook door te voeren voor andere financiële ondernemingen. 3 Hierna zal eerst, heel globaal en vooral ter opfrissing van het geheugen, worden ingegaan op het oude regime voor vroegtijdige publicatie van boetes om daarna uiteen te zetten welke wijzigingen daarin zijn doorgevoerd per 1 augustus 2014. Vervolgens wordt, mede aan de hand van recente jurisprudentie, geduid welke nieuwe vragen en onzekerheden het nieuwe publicatieregime met zich brengt. Dat vormt de kern van deze bijdrage. Afgerond wordt met een uitleiding waarbij tevens wordt gewezen op onderdelen in de huidige wetgeving die, wat duidelijkheid en eenduidigheid betreft, nog steeds te wensen over laten.

U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.

Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.


Deel deze pagina:

Nog niet beoordeeld

Bijlage(n)

  • Bijlagen zijn alleen beschikbaar voor abonnees.

Artikel informatie

Type
Artikel
Auteurs
mr. G.P. Roth en mr. drs. M.R. Hosemann
Auteursvermelding
Ik ben auteur van dit artikel
Datum artikel
Uniek Den Hollander publicatienummer
UDH:TvCo/12572

Verder in 2015 nr.5

 Redactioneel. Compliance & Toezicht

Het themanummer gaat dit keer over Compliance & Toezicht met weer een keur aan interessante artikelen. Tevens een persoonlijke noot van mijn kant. Na zo’n vijftien jaar heb i...

 De vroegtijdige publicatie van boetes door de AFM en DNB

Reeds vanaf de inwerkingtreding van de Wet op het financieel toezicht (‘Wft’) per 1 januari 2007 zijn de Autoriteit Financiële Markten (‘AFM’)...

 Multidisciplinair regulatory riskmanagement. Of hoe een financiële onderneming pro actief kan omgaan met toezicht door een multidisciplinaire coördinatie van communicatie met toezichthouders

Voor financiële ondernemingen zijn er, mede door de financiële crisis, meer en gedetailleerdere regels gekomen. Bijvoorbeeld over kapitaal, rapportages aan

 De zaak-Delta Lloyd: consequenties voor compliance

Met de recente uitspraken van de rechtbank Rotterdam over de bestuurlijke boete opgelegd aan Delta Lloyd en de aanwijzing tot heenzending van een prominent bestuurder van ...

 Europa’s financieel toezichthouder Steven Maijoor over de hervormingen in de financiële sector

De Europese financiële toezichthouder ESMA heeft de afgelopen vijf jaar voor een stroom aan nieuwe financiële regelgeving gezorgd. En kredietbeoordelaars, hedgefunds en deriv...

 (Her)toetsing op geschiktheid als drukmiddel

De vete tussen DNB en Delta Lloyd N.V. (Delta Lloyd) en Delta Lloyd Levensverzekering (Delta Lloyd Leven) heeft de gemoederen het afgelopen jaar behoorlijk bezighouden. Uit persberichten

 Over de evolutieleer, neoklassieke economie en de compliancefunctie

Deze column gaat over de evolutieleer, het gedachtegoed van neoklassieke economen en de compliancefunctie. Geen alledaagse combinatie van onderwerpen, zult u denken. En als ik niet tij...

 Lessons Learned

In deze rubriek willen we zaken bespreken die zich in de praktijk hebben voorgedaan. Voorvallen die zich bij alle beursgenoteerde ondernemingen zouden kunnen voordoen. Voorvallen ...

 Kritisch over ... Vier jaar Code Banken. A. de Bos, J.G.C.M. Galle & M.E.P.A.R. Jans, Vier jaar Code Banken -Ontwikkelingen in regelgeving en praktijk, Den Haag: Boom Juridische uitgevers 2015 (ISBN 978-94-6290-043-1)

Alleen al vanwege de documentatie van de zeer recente bancaire geschiedenis is deze uitgave belangrijk. De auteurs zijn verbonden aan de juridische faculteit van de Erasmus Universiteit

 Uit de boekenkast van de bedrijfsethiek (57)

In de bedrijfsethiek is een groot aantal boeken en artikelen verschenen waarin op praktische wijze integriteitsvraagstukken worden behandeld en concrete aanbevelingen worden gedaa...